Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 15 juli 2025
Het wordt geheel scholastiek opgezet: uitgaande van den tekst: "Radix omnium malorum cupiditas", stelt hij een drieledig te bewijzen: dat het vorderen van dat recht simonie is, dat het strijdt tegen het natuurlijk en goddelijk recht, en dat het ketterij is.
Ook zijne "Paraphrasen" op het N. Test. maken de beschuldiging van ketterij verklaarbaar, evenals allerlei beweringen, in de "Samenspraken" den daar optredenden personen in den mond gelegd. Hiervan kon Erasmus gemakkelijk verklaren, dat niet hij, maar de daar sprekend ingevoerde personen de verdedigers waren van afwijkende gevoelens.
De ketterij had in zijne erflanden over alle vervolgingen gezegevierd en dit was wellicht het grootste verdriet, dat hem kwelde, toen hij op een langdurig en smartelijk ziekbed geworpen werd.
Maar zij schenen van den eerste tot den laatste bezeten te zijn door den drang om alles wat ooit door de oude Grieksche en Romeinsche litteratoren over bijen geschreven was, als waarheid hoog te houden, en door de gedachte, dat het de ergerlijkste ketterij zou zijn er éénige nieuwe waarheid uit hun eigen ondervinding en waarneming aan toe te voegen, tenzij zij die ampel ondersteunen konden met getuigenissen uit diezelfde onfeilbare bronnen.
In deze eene provincie tieren zeker twintig verschillende christelijke sekten; en daar alle vreemdelingen en afgodendienaars in dat gouvernement het recht hebben om door hunne eigene hoofden te worden geregeerd, is het geen gemakkelijke taak de ketterij in al hare verwarde vertakkingen na te gaan. Maar eene sekte als deze kon kwalijk verborgen blijven.
Zoo verhief Rousseau de vrijheid van het individu in geestelijke zaken boven het gezag der kerk en de uitspraken der synoden. Dit modern-individualistisch standpunt moest natuurlijk hetzij door een langen strijd in de kerk tegen de kerkelijke machtdragers veroverd worden, of tot treden uit de kerk leiden; de rechtzinnige predikanten bestreden het als een afschuwelijke ketterij.
Buitendien werd hem mondeling gelast, in den staatsraad uit te spreken, welk eene diepe smart de koning gevoelde, wijl de ketterij in de Nederlanden nog altijd nieuwe vorderingen maakte, dat het zijn onherroepelijk besluit was, in zijne staten geene verandering in de godsdienst te gedoogen en dat hij zelf, indien hij om dit besluit door te zetten duizend dooden moest sterven, daarvoor niet terugdeinzen zou.
Voor den arme bestond er geen recht meer; hij werd zonder genade wegens het geringste vergrijp in de gevangenis geworpen en, wanneer hij verdacht was van ketterij, dikwijls zonder vonnis ter dood gebracht. Voor den rijke daarentegen was niets onbereikbaar; hij kon zich door middel van zijn geld voor de schandelijkste misdaden genade verwerven.
Iedereen had het zijne er over aan te merken, doch niemand zeide of dacht ook maar dat het een heele kleine pudding was voor zulk een groot gezin. Het zou platweg ketterij geweest zijn zoo iets te zeggen. Een Cratchit zou gebloosd hebben zelfs op zoo iets te zinspelen. Eindelijk was het diner afgeloopen, de tafel werd afgeruimd, de haard aangeveegd en het vuur wat opgerakeld.
Maar zelfs hun eigen geloofsgenoten werden door de predikanten van die tijd met scherpe blik in hun gangen gevolgd. Zo werd op 8 Okt. 1743 een aanklacht wegens ketterij ingebracht tegen de zieketrooster Van Dijk. Zijn ketterij bestond hierin, dat hij het waagde voor de vuist te preken en niet het »Onze Vader" altijd bad in de dienst. En hij was ook op vriendschappelike voet met de Hernhutters .
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek