Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 4 juni 2025


Van twee personen, die beiden den zelfden naam droegen, Egbert Swedersz. b. v., maar waarvan de eene tot het luthersche, de andere tot het doopsgezinde kerkgenootschap behoorde, werd de eerste, ter onderscheiding, in het dageliksche leven Luteraan genoemd, de laatste Mennist. My zijn slechts voorgekomen, de reeds genoemde Luteraan en Mennist, met den afwykenden form Menist.

In een brief gedateerd 17 oktober 1940 wordt de afwijzing als volgt gemotiveerd: De Algemene Kerkelijke Commissie van het Hersteld Evangelisch Kerkgenootschap, op 16 juli 1940 in vergadering bijeen, kennis genomen hebbende van het voorstel ingediend bij het Convent van Kerken om namens voornoemd Convent een adres te zenden naar de Rijkscommissaris in verband met de z.g.

Weder een eindweegs verder zien wij een gebouw, dat, bekend onder den naam van »Huiszittenhuis" de zetel is der Diaconie van het Nederduitsch-Hervormd kerkgenootschap en tevens als armbakkerij gebruikt wordt. Ruim het vierde eener eeuw geleden was het een twistappel tusschen de Stedelijke regeering en den Kerkeraad.

Met zulk een verlichting moest men Cauchon en zijnen mederechters nog niet aankomen, maar zelfs voor de ooren van Calvijn en Luther waren deze woorden nog niet geschikt, evenmin als voor allen voor wie in onze dagen begrippen als vroomheid en geloof nog niet te scheiden zijn van een Kerkgenootschap of Godsdienstige secte.

Dat kon de serieuse Zwitsersche niet dulden. Ik moest haar beloven mij tot een protestantsch kerkgenootschap te laten brengen, en daar het Sir John niet meer schelen kon, vond zij werkelijk een predikant die zich met die zaak belastte. Daarbij, het behoorde zoo, dat vond grootvader ook; maar als de goede Chelles er zich niet mee bemoeid had, zou niemand er aan gedacht hebben.

Dit kon men misschien ook eens van ons Vaderland zeggen, en toen ging het ons wel. In de Roomsche Kerk ziet men zoo weinig opschik, dat, indien 'er geen altaar stond, men zou meenen in eene Protestantsche Kerk te zijn; tot welk Kerkgenootschap het grootste gedeelte der ingezetenen dan ook behoorde. Ik ging hunne Kerk zien, die voor de omwenteling aan een Klooster toekwam.

Thans gevoel ik, dat het celibaat mijne roeping is; eene instelling, welke zoo zeer in de natuur der voortreffelijkste menschen ligt, dat men gehuwde kunstenaars van uitnemenden aanleg, worstelend ondergegaan in de zorg voor vrouw en kind, den dag heeft hooren verwenschen waarop zij huisvaders geworden waren; eene instelling, mijnheer de kapelaan, waarop uw eigen kerkgenootschap, en teregt, den hoogsten prijs stelt.

Dat was zeer verkeerd, elkander dus uit te jouwen en te slaan, omdat men tot een verschillend kerkgenootschap behoorde.

Het schijnt wel dat zij er op uit is tot zich te trekken de onbestendige, onbesliste menigte van Protestanten uit het Nederlandsch Hervormd Kerkgenootschap, die tusschen rechts en links heen en weder dobbert en de leer van Bronsveld of van het rationalistisch liberalisme heeft laten varen, maar toch niet er aan denkt om zich aan de trotsche en meer gebiedende leiding van Dr.

Sedert dien tijd kreeg dit kerkgenootschap een meer gevestigd bestaan en nam het getal van deszelfs statiën toe, zoodat dit eerlang tot ruim dertig steeg, waaronder eene Janseniste gemeente of de Bisschoppelijke Cleregie te Leeuwarden, welke echter in 1805 is te niet gegaan wegens verminderd getal leden.

Woord Van De Dag

schapenhoedster

Anderen Op Zoek