Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 17 mei 2025


Terwijl Kartenglimp en de jongelieden opstaan om haar te groeten, en Van Barneveld vluchtig den majoor aan zijn zuster voorstelt, vergeet hij althans voor eenige oogenblikken de "zonderling kwetsende maar toch waarschijnlijk verkeerd begrepen woorden van dat mooie duiveltje" zooals hij Eva reeds bij zich zelven heeft genoemd om aanstonds Hermines komst met Coba's welstand in verband te brengen, en met inwendige onrust doch schijnbaar kalm te zeggen: "Toch wél boven, Hermine?"

"De majoor Kartenglimp vordert van mij familiepapieren terug, vermoedelijk op grond dat hij zich eenige moeite gaf om die van elders te doen komen. Een opvatting tegen mijn echtgenoot, aangezien deze hem na het ongeval op onze partij, niet zelf mee naar huis bracht, 'twelk hem echter als gastheer onmogelijk was, heeft den majoor een zoo hostile houding doen aannemen.

En o jee, er was een heeleboel meer: Dokter hield het op de hand van een broer, die zich slecht gedroeg en gemeen auteur was geworden. Men ziet dat Kippelaan den brief aan Woudberg wat haastig had gelezen. En de majoor Kartenglimp had mede volgens Kippelaan gezegd, dat ie heel bang was dat het nog eens slecht met den dokter eindigen zou. Ja, ja, dat alles kwam goed overeen.

En Eva zal nu trachten goed te maken wat ze met het oog op dien vreemde misdeed. Ze zegt te hopen dat mijnheer Kartenglimp de afwezigheid der heeren toch zal ten goede houden. Neen, er is volstrekt geen gevaar; maar de lichte ongesteldheid van nicht Jacoba maakt oom Van Barneveld dikwijls zeer onrustig. Zeker zou hij echter zoo aanstonds terugkomen.

Hij is zoo lam in de beenen alsof hij drie dagen en nachten aan den rol is geweest, en terwijl zijn hoofd begint te gloeien is het hem alsof een vuurgloed door zijn aderen stroomt.... alsof de raamkozijnen en behangselstrepen slangen worden, en het plafond golft en hem tusschen het insgelijks golvend tapijt te smoren dreigt. Kartenglimp moet zich aan de tafel vasthouden.

Wilt u dus zoo goed zijn mijn neef te volgen?" "Familiezaken! O welzeker je excellentie. Maar wat ik aan mijn vriend Helmond te zeggen heb is wel bepaald in vertrouwen, maar toch nee nee pardon generaal, pardon, voor u is 't in 't geheel geen geheim. Pardon! Je moet dan weten Helmond, dat ik van morgen nadat ik 't plezier had je te zien, nog even bij den goeden majoor Kartenglimp ben geweest.

Kartenglimp heeft het nu zelf gezien: het vuur ligt te smeulen; soms spat het al vonken, en langs de palm van zijn hand behoeft hij onbespied slechts zachtkens te blazen om den breeden vuurstroom te doen opgaan. Ha, dat zou een lust zijn om te aanschouwen; en in 't eind zal hij van verre zich zelf nog kunnen koesteren aan den fellen gloed! Ha! Kartenglimp schrikt.

De majoor Kartenglimp had toen ook een "toost geslagen", en gezegd: dat de man die in het stadje Romphuizen zoo hoog werd gewaardeerd, die tot zulk een bevoorrechten stand behoorde, en wellicht eenmaal niet slechts onder de meestvermogenden in deze gemeente, maar tevens hij mocht met eenige zekerheid spreken dank zij het bezit van eene zoo uitstekend schoone en talentvolle gade, den schitterendsten titel zou kunnen verwerven, dat zulk een man dan ook voorzeker zijn edelste krachten zou blijven wijden aan het heil van het lieve stedeke waarvan hij, gave het God! de majoor had toen den blik naar boven geslagen eenmaal de vader, en zij, die teedere gade, de beschermvrouw, neen, de moeder zou worden genoemd.

Ik herhaal dat onthouding en kalmte hem 't meest geraden zijn." "Ah! tourneer je het zoo. Nou, dat was je geraden. Je moet voor den d.... niet denken...." Maar dokter Helmond is al vertrokken. De majoor Kartenglimp blijft een oogenblik met zijn donkerbruine oogen naar de deur staren, en roept dan zoo luid hij kan den vertrekkenden dokter terug.

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek