Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 6 juni 2025


Robrecht deed zijnen makkers een teeken dat zij beweegloos zouden blijven. Hij zag een menschenhoofd boven de gaanderij opdagen. "Hemel!" mompelde hij, "bedriegen mij mijne oogen? Ivo-de-wolvenjager! Zonder baard? Gekleed als een wapenknecht?..." Ivo legde zich den vinger op den mond en stapte over de leuning der gaanderij.

"Langswaar nu onze stappen gewend?" vroeg Bertulf aan zijnen leidsman. "In dien pikdonkeren nacht kan men zelfs den weg niet zien." "Nog twee boogschoten verder", antwoordde Ivo-de-wolvenjager, "komen wij aan eene zandbaan die dwars door het Frinte-bosch loopt, tot aan Aertryke toe.

Mijn hart beeft en mij spookt nog het ijselijk schouwspel voor de oogen ... Op een kruis genageld, met ijzeren tangen verscheurd, door de menigte met modder overdekt, gehoond, bespot, vermaledijd, de oogen tot God en voor zijne beulen biddend ... zoo is de oude proost van St-Donaas gestorven ." Ivo-de-wolvenjager borst in tranen.

Allen sprongen haastig boven den wal; de proost en Ivo-de-wolvenjager zetteden den voet in eenen strop, grepen een dik touw met beide handen aan en daalden neder tot aan den voet van den muur. Hier werden zij zeer ruw aangegrepen, vastgehouden en weg gerukt als echte gevangenen.

Tot dan hadden de Kerels, die zich op de gaanderij bevonden, volgens hunne gewoonte de samenspraak van hunnen overste met jonkver Wulf geërbiedigd, en waren zij aan de andere zijden van den toren gebleven; maar nu kwam Ivo-de-Wolvenjager nader en zeide: "Mher Sneloghe, indien ik mij niet bedrieg, gaat daar beneden iets gewichtigs gebeuren. In de Hofstraat komen een groot getal voorname poorters.

Hier stond hij achter de kanteelen met degenen die aangewezen waren om tot zijne vlucht te helpen. De kastelein, Robrecht Sneloghe en Ivo-de-wolvenjager waren insgelijks met hem. Zij zwegen en ontweken zooveel mogelijk alle bewegingen, om niet door de wakende schildwachten des vijands opgemerkt te worden.

"Ga voort, laat al dien praat van bloode lieden achter en zeg ons wat mijnen oom den proost is geschied!" gromde Burchard Knap met beklemde woede. De anderen, zeer ontsteld en nieuwsgierig om het einde dezer verklaring te hooren, luisterden in stilte. Ivo-de-wolvenjager hernam: "De woorden van mijnen vriend deden ons twijfelen aan den goeden uitslag onzer zending.

Ivo-de-wolvenjager stapte naar den zuiderkant der gaanderij en riep uit al zijne macht tot de ridders: "Heeren, onder ons allen bleef nog slechts één man die schuldig was aan des graven moord, namelijk Burchard Knap. Ik maak u kond dat hij niet meer leeft; Robrecht Sneloghe heeft hem daareven in eenen kamp gedood!" Een gemompel van verbaasdheid of van twijfel ontstond tusschen de ridders.

Onderwijl waren de meeste Kerels bij het lijk van Burchard gebleven, en hadden hem helm en harnas ontgespt en hem de hand op het hart gehouden, om zich te verzekeren dat geen spoor van leven meer in hem overbleef. Dan zeide Ivo-de-wolvenjager tot hen: "Hij is dood, gansch dood! Hij is het die graaf Karel heeft vermoord. Geen onzer heeft werkelijk deel aan deze misdaad genomen.

Ivo-de-wolvenjager zag van boven de gaanderij dat de oversten der Isegrims onder elkander beraadslaagden, en hij twijfelde niet of zij waren bezig met de voorstellen der Kerels te overwegen. Na eenigen tijd te hebben gewacht, riep hij: "Welnu, heeren, wat is uw besluit? Geeft ons een antwoord?" De ridders gingen uiteen.

Woord Van De Dag

innewaerts

Anderen Op Zoek