Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 3 oktober 2025
Na dien tijd verloor de taal onzer voorouders die kracht, en raakte deze naamsforming in onbruik. Men verstond de beteekenis van dit achtervoegsel niet meer; men kende de weerde daar niet meer van. Toen kwam het gebruik in zwang, om het woord zoon achter den vadersnaam in den tweeden naamval, te plaatsen; en dit gebruik verving eerlang geheel de oude zede om de patronymika met ing te formen.
In taalkundig opzicht kunnen zy ter nauer nood verdedigd of goedgekeurd worden. In hunnen hedendaagschen, dubbelen form zijn zy ongetwyfeld ontstaan in den tijd toen men de beteekenis van den uitgang ing niet meer kende, dien uitgang niet meer verstond.
Ook kan ik hier niet dieper doordringen in de eigenlike beteekenis, in taalkundigen zin, van dit achtervoegsel ing; noch van het voorkomen er van, ook in plaatsnamen zoo wel als in geslachtsnamen, by al de verschillende germaansche volken.
In de laatste middeleeuen, van de elfde eeu tot de vijftiende, verloor de taal, die, in zoo verschillende formen door het volk tusschen Schelde en Eems gesproken werd, de macht, de kracht, de eigenschap om, door achtervoeging van ing, ink, inga, van mansvóórnamen patronymika te formen. De beteekenis van dit aanhangsel ging voor het volk verloren.
Men gevoelt dat deze naamformen eigenlik monsters, misbaksels zijn, in strijd met het wezen der taal. Zy konden dan ook slechts gemaakt worden en in gebruik komen, toen men de oude patronymika niet meer verstond; toen het volk niet meer wist dat Hemming en Alink reeds zoon van Hemme, zoon van Ale beteekenden; toen men de kracht van dat ing niet meer gevoelde.
De namen die op ing uitgingen, en die er nu eenmaal waren, bleven wel voor en na in gebruik, maar men formde geen nieue meer. Was er nu een jongeling die Wolther heette, en zijn vader droeg den naam van Bruno, dan noemde hy zich nu niet meer, naar oude zede, Wolther Bruning, maar Wolther Bruyns soen, Wouter, de zoon van Bruin, wat overigens geheel op 't zelfde uitkomt.
Eene byzondere groep van geslachtsnamen wordt geformd door die patronymika, welke achter den uitgang ing nog het aanhangsel son, sen of eene enkele s vertoonen. Die s is hier anders niet als het kenmerk van den tweeden naamval waarin het woord of de naam staat. Het zijn dus namen die te gelijker tijd de kenmerken vertoonen der oude en der nieue patronymikale formen; zie § 4, 5 en 6.
Toch heeft in der daad dit woord eng met den uitgang ing in het geheel niets te maken, al wil ook heden nog wel deze of gene »beunhaas" op het gebied der nederlandsche taal, de ing- en ink-namen van d' eng- en enk-namen afleiden, en al is zelfs deze meening nog steeds zeer verbreid by 't nederlandsche volk, voor zoo verre het dan over den oorsprong en de beteekenis der namen eens nadenkt.
De oude Nederlanders schreven den uitgang ing gewoonlik als ingh en ook wel als inghe; b. v. coningh, oeffeningh, vergaderinghe, enz. En zoo schreven zy den patronymikalen uitgang van geslachtsnamen ing ook wel als ingh en inghe. By sommigen onzer hedendaagsche patronymikale maagschapsnamen is die oude form nog bewaard gebleven; b. v. by Abbingh, Bussingh, Coelingh.
Zoo als men zien kan aan dezen als voorbeeld vermelden ouden geslachtsnaam Hwytnyngha, die in de hedendaagsche spelling als Witteninga zoude geschreven worden, werd oudtijds in Friesland de i van den uitgang ing, in dit geval inga, ook wel als eene y geschreven en gesproken, even als in het hedendaagsche Westvlaamsch.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek