Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 13 juli 2025
Thuisgekomen, vernam ik van Mansoer, dat men hem had verteld, hoe ik gepoogd had, des avonds binnen te komen in de laantjes van den bazar, die verboden waren vanwege de nabijheid van Moelai Idriss, en dat een lastdrager mij had tegengehouden, mij met zijn touw had geslagen met de woorden: "Waar wil je heen?"
Wat verder zingt een troepje kinderen in koor; ze geleiden een os, dien ze als offer willen brengen naar Moelai Idriss, en ze vragen aan liefdadige menschen aalmoezen, waarmeê ze het dier willen betalen; vier van hen houden de punten van een grooten doek, waarin men de gift kan storten.
Tusschen Karoeiyn en het wegje, dat verboden terrein is voor de Christenen, en aan welks einde men met haar bekleeding van veelkleurig porselein de groote poort van Idriss kan onderscheiden en de zonnige ruimte van het plein ervoor, is het een opeenhooping van tulbanden, djellaba's, haïks en burnoes.
Ik ga met Mansoer weer naar boven en hij brengt mij nu ten zijnent. Daar het feest van Moelai Idriss aanstaande is, den schutspatroon der stad, ontmoet men overal troepen straatjongens, die bedelen om geld te krijgen voor het offeren van kaarsen en ossen; sommigen loopen door de straten, anderen staan op post bij de kruispunten der straten, en allen vallen de voorbijgangers lastig.
Wanneer men dat alles niet vergeet, zal men zich kunnen voorstellen, met welk oog de Mooren den vreemdeling aankijken, die door de eenzame vlakten van Maghreb is heen getrokken, die de oude muren van Fez binnengegaan is, de heilige stad van Moelai Idriss, en die nu in de straten van de heilige stad, in de onmiddellijke nabijheid der moskeeën, opgericht door de veroveraars van Afrika en Spanje, in de buurt van de vereerde graven hunner heiligen, is als een aanhoudende uitdaging, een voortdurende heiligschennis!
Sidi Aïssa, de heer Jezus is uw profeet? Maar dat is geen profeet. Wat dan?" "Hij is God zelf." "En als gij voorbij een moskeepoort of een koebba gaat, treedt ge er dan binnen?" "Nooit van mijn leven! Ik wil dat niet! Ik ben een Christen." "Gij kent wel Moelai Idriss?" "Zijn naam wel, maar zijn moskee niet." "U heeft soms in de straten van den bazar geloopen, die dichtbij die moskee zijn?
De menigte wordt zeer dicht, vooral op bepaalde uren in het hart van den bazar, bij Moelai Idriss en in de laantjes onder het traliewerk van wingerd en rieten vlechtwerk. Er is overal schaduw en beweging.
Ook ben ik dicht bij het oude heiligdom van Moelai Idriss, schutspatroon van Fez, waar een Christen niet dichtbij mag naderen en waar de straten van den bazar elkaar kruisen. Terwijl wij door de donkere straatjes loopen, komen we een troep kinderen tegen, die luid schreeuwen. Zij omringen een der hunnen en schelden hem heftig uit. De arme stumper loopt met moeite.
Enkele paleizen steken trotsch omhoog, als dat van El-Menebbi; dan de rijke woningen van de tuinenwijk; iets meer naar buiten, in zijn park van maagdelijk woud, het paleis van Mac Lean en in de stad de minarets van de moskeeën en vooral de groote daken met groene pannen van Moelai Idriss.
En toch, telkens als ik weer passeerde, gingen ze voort, en altijd weer te vergeefs, mij lastig te vallen met hun verzoeken. Vandaag nog vraagt een van hen: "Een piaster voor Moelai Idriss?" "Nee!" En pas ben ik een paar passen ver, of hij roept mij een der gewone scheldwoorden na: "Ya! carra! Eh! poe!"
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek