Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 1 juni 2025
Reeds lang had de koning de zaal verlaten, en nog altijd stond Prexaspes op dezelfde plaats, als ware hij plotseling versteend. De eerzuchtige, maar niet onedele hoveling was verplet door dien vreeselijken hem opgedragen last. Hij wist dat, zoo hij weigerde dezen ten uitvoer te brengen, dood of ongenade hem en de zijnen bedreigde.
Deze zeer vermaarde man werd in den jare 1523 te Sneek geboren, uit een edel geslachte, bekleedde gewigtige ambten, werd de stichter der Hoogeschool te Douaij, en behaalde als Regtsgeleerde hoogen roem. Als Staatsman echter was hij te veel hoveling, om, naar der Friezen aard, als zoodanig door hen op hoogen prijs te worden gesteld.
Deze bliksemsnel in hem oprijzende gedachte onverwijld uitsprekende, verweet hij Prexaspes met bittere woorden het jegens zijn koning gepleegde verraad. De hoveling was nu gedwongen met een duren eed te bezweren, dat hij den ongelukkigen Bartja met zijne eigene hand gedood en begraven had. Hierop werd den bode van Oropastes gevraagd, of hij zelf den nieuwen koning gezien had.
Minder lofwaardig was de eerzucht, welke Egmond duidelijk genoeg aan den dag legde. De trotsche graaf poogde zijn invloed te verhoogen door tegenover de landvoogdes Margaretha den hoveling te spelen, terwijl hij tegelijk om de volksgunst boelde. Hij schertste met de burgers van Brussel, nam deel aan hunne feesten en noemde een ieder vertrouwelijk bij zijnen naam.
Door hare onderzoekingen maakt ze ook kennis met Hanna, een naaistertje, die voor het moederlooze kindje van haar buurman Puf zorgt. Een hoveling weet Puf wijs te maken dat Hanna 's nachts heeren van 't hof ontvangt en hij vertelt 't verder: 't praatje over Hanna en graaf van Weert, moet dat over van Weert en de koningin in de wereld helpen.
De gunsteling was begaafd, energiek, bestand tegen vermoeienissen en gehard in den krijg; de heerscher lui, lichtzinnig en genotzuchtig. Het sprak dus vanzelf, dat het de taak van den hoveling werd, zijn meester al de lasten en verplichtingen, aan het koningschap verbonden, te besparen, en ze op zijn eigen schouders te nemen.
Er bevond zich te Florence iemand, die door allen Ciacco werd genoemd, de vraatzuchtigste man, die er ooit bestond. Daar hij de verteringen niet kon maken, die zijn gulzigheid vereischte en hij toch welgemanierd was en goed en geestig wist te antwoorden, deed hij zijn best in 't geheel geen hoveling te zijn maar een tafelschuimer en bezocht hen, die rijk waren en die lekker aten.
Maar eindelijk was mijn wegblijven den Liliputters toch wel verdacht voorgekomen, want op zekeren dag verscheen bij den keizer een Liliputsche hoveling, met een afschrift van een gedeelte van de aanklacht, die tegen mij was ingebracht en met den eisch mij uit te leveren.
De hoveling kuste driemaal den grond en antwoordde, wel wetende dat de doode hem niet kon hooren: Te Essouan woont Nenehofra, zoo schoon als de schoone Hathor zelve. Ontbied haar. Zij heeft alle vorsten afgewezen, en ik weet niet hoevele koningen; maar wie kan neen zeggen tot Oretes? Nenehofra zakte met een talrijk gevolg den Nijl af naar Memphis.
»Nog te redden?" herhaalde de hoveling dof. »De Vorstin klampt zich trouwens ook nog vast aan dit schoone woord. Toen ik haar gisterennacht aan het werk zag, was het mij voortdurend alsof ik haar water zag gieten in het bodemlooze vat der Danaïden.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek