United States or Luxembourg ? Vote for the TOP Country of the Week !


Kùisch zijn jullie niet voor kerels, die moeten bestaan van hun krachten; die patricische meiden zijn de hèl voor jullie: ben je zeker na een patricische nacht je leven er proletariesch af te brengen in de arena, bij Herkles? De kerels bulderden. Maar Colosseros, wijsgeerig: Bij Herkles, de verleiding is

Zij namen er uit hun gele, geborduurde tuniekjes en hun gele schoenen met lange kuitlinten. Bij Herkles! spotten de baders; de jongens kamden elkanders blonde haar, pakten de grijze tuniekjes in den bundel, vroegen den capsarius dat wel te willen bewaren. Bij Póllux! Wat zijn ze mooi! spotten de baders. Goed succes, hoor; moge Fors Fortuna je helpen! Mogen je de avontuurtjes bekomen!

Bij Hèrklès!!! vloekten de jongens met plotse basstemmen van kerels, en de Prætorianen brulden om ze van het lachen en noodden weêr: Niet een kroes wijn, hier, een oogenblik, op de bank?? Maar zij hadden beiden beteren wijn gedronken in den draagstoel en haastten zich weg, dicht tegen elkaâr in de witte lacerna, de blonde koppen vlak bij elkaâr....

Er is over te denken, gaf de dominus toe. Er is, bij Herkles, wel over te denken.... Natúurlijk is er over te denken! riepen de jongens te zamen uit. We gaan naar Neapolis, hoor.... En naar Syracuze.... En naar Karthago!! jubelden zij te gelijker tijd. Dan zie ik jullie niet weêr, zei Carpoforus. Als we terug komen, toch wel? zei Cecilianus. De Jager schudde het hoofd. Neen, mijn kind, zeide hij.

Ik heb, bij Herkles, nooit een meid gezien, die er uit ziet als een comoedus, want wij blankètten ons niet maar grimeeren ons: ik spaar niet de verf op mijn gezicht! Hi-ha! meende de ezel. Een masker is noodzakelijk! viel nijdig de jonge senex in: hij moèst altijd met een masker spelen. Jullie zijn cinædi! schold de mimus, dwars door het lawaai.

Kijk eens die kerels daar, die geen kerels zijn! .... Ja, Fabulla, stemde de weggeloopen slaaf toe, tot den dief; een nicht van de keizerin Domitia. Bij Herkles, vloekte de dief binnensmonds en gluurde nieuwsgierig naar de patricische.

Hij greep in zijn gordel, zocht.... Bij Herkles, waar heb ik het gelaten.... Waar heb ik mijn laatste bundeltje, versch uit de handen der copiïsten, gelaten....! Ik heb het toch bij me gestoken.... Met uw vergunning, Martialis, zei Cecilius met zijn hoog stemmetje, en bood Martialis het bundeltje; ge hadt het reeds mij vereerd.... Hier is het.... Krijg ik het terug??

Waar? vroeg Quintilianus. In Syracuze, heer, zei Cecilius bezadigder en hield zijn hand op broêrtjes mond. Wij hebben zelfs Grieksch geleerd, bij een Griekschen rhetor en in Klein-Azië speelden wij Menander.... Bij Herkles, als je in Rome hadt geleerd, zoû de dominus je Quintilianus' lessen hebben doen volgen! schertste Martialis. Wie is Quintilianus, heer? vroeg Cecilius, altijd weetgierig.

Bij Herkles! D

Weest nu lieve, zoete jongens, op den Palatinus. Dat jullie geen last krijgen en ik geen last krijg. Want als er jullie iets gebeurt, bij Herkles, ik krijg geen as schadevergoeding voor jullie! loog de dominus. De jongens beloofden op te zullen passen, bij de edele Crispina. Zij moesten dien avond gaan. De voller maakt onze gele jasjes schoon; nou, die zijn eigenlijk op, meende Cecilianus.