United States or Bermuda ? Vote for the TOP Country of the Week !


Een van hun twistpunten, n.l. welke van haar aanbidders een vrouw het meeste heeft begunstigd: hem die zij een blik heeft toegeworpen, een ander die zij op de voet heeft getrapt of een derde wie zij haar hand heeft gegeven, is reeds in een Griekse roman gevonden, en de verhandeling van een Latijns rhetor, evenals een passage in het 6de hoofdstuk der Spreuken van Salomo door een foutieve lezing ook een bijdrage heeft geleverd.

Hij muntte vooral uit in het schilderen van vrouwenbeelden, bovenal beroemd waren onder zijne werken eene Penelope en eene Helena, die in den tempel van Hera Lacinia opgehangen werd. Z. Parrhasius. Zoilus, Zoilos, grieksch rhetor van Amphipolis, in de vierde eeuw. Wegens zijne kleingeestige vitterijen op Homerus kreeg hij den bijnaam Homeromastix.

De aangevoerde feiten behooren wèl te spreken, en kunnen dan de welsprekendheid van den rhetor zonder scha missen niet alleen, maar worden daardoor in het duister gesteld. Welke waarde heeft de vryspraak van den beschuldigde, indien men daarby de bekwaamheid van z'n verdediger op den voorgrond zet?

Enkele weken geleden was Philotas met andere leerlingen van den rhetor wiens lessen in het Museum hij volgde, door Antyllus op een ochtendmaaltijd uitgenoodigd. Toen de student de fraaie gouden en zilveren bekers waaruit gedronken werd, zoo luide bewonderde, had de overmoedige jonge gastheer gezegd: »Welnu, zij zijn voor u, neem ze maar mede!"

Menecles, Menekles, beroemd rhetor van Alabanda, wiens voordrachten Cicero hoorde. Meneclidas, Menekleidas, thebaansch volksredenaar, vijand van Epaminondas en Pelopidas, wegens zijn kuiperijen tot geldboete veroordeeld. Hij bekleedde er aanzienlijke staatsambten, maar werd van verraad beschuldigd en vluchtte naar Antigonus Gonatas.

Favorinus, Phaborinos, rhetor onder keizer Hadrianus, uit Arelate in Gallië, leerling van Dio Chrysostomus en bevriend met Plutarchus en Fronto, schrijver van verschillende grieksche werken over allerlei onderwerpen. Febris, koortsafwerende godin, die te Rome drie tempels had, waar genees- en toovermiddelen tegen de ziekte te verkrijgen waren.

Gewoonlijk neemt men aan, dat er drie of vier personen van dien naam geweest zijn, en dat de mysteriën niet door denzelfden Eumolpus zijn ingevoerd, die tegen Erechtheus sneuvelde. Eunapius, Eunapios, van Sardes, grieksch rhetor op het einde der 4de eeuw na C., vijand van het Christendom, schreef 23 levensbeschrijvingen van wijsgeeren uit zijn tijd.

Hierocles, Hierokles, beroemd rhetor van Alabanda, wiens voordrachten Cicero hoorde. Z. ook Hetairai. Hierokeryx, z. Eleusinia. Hieromenia, heilige maand, schorsing van alle openbare bezigheden wegens een godsdienstig feest. Hieromnemones, z. Amphictyones. Hieron oros, Mons Sacer, berg in Thracië, aan de Propontis, dicht bij de Chersonesus Thracica. Hierop lag een versterking.

G., schreef Hellenika, eene soort algemeene geschiedenis, en Philippika, de geschiedenis van Philippus, ta peri Alexandron, die van Alexander bevattende. Als rhetor was hij een tegenstander van Isocrates. De rhetorike pros Alexandron, die onder de werken van Aristoteles is opgenomen, wordt te recht aan hem toegeschreven. Van zijne andere werken is slechts weinig bewaard gebleven.

Lexovii, Lexobioi, volksstam in Gallia in het tegenw. Normandië. Hoofdstad Noviomagus, thans Lisieux. Libanius, Libanios, van Antiochië, geb. 314 n. C., studeerde te Athene en hield daarna eenigen tijd te Constantinopel zijn verblijf, waar hij als rhetor werkzaam was en een school stichtte, die zeer veel leerlingen trok.