Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 1 juni 2025
Ik verdedigde mij een korte poos, onder het aanhoudend geschreeuw van: "moord! moord! dieven!" maar het gelukte eindelijk aan den knaap, die den naam van Haentje droeg, mijn arm te vatten op het oogenblik dat ik daarmede een stoot van den hoofdman afweerde: en te gelijkertijd voelde ik mij door Andries bij de beenen grijpen en van den grond lichten.
Echter vatteden zij weldra weder moed: en terwijl Haentje zijn mes opraapte, dat hem bij de worsteling ontvallen was, liep de hoofdman met opgeheven staal mijn redder tegemoet. "Hoe is het, Zwarte Piet? Kent gij mij niet meer?" vroeg deze, zonder zich te verroeren, en hem strak aanziende.
"Verroer u niet, of het gaat er door," duwde mij Haentje te gemoet, in wien ik den man herkende, met wien Andries uit Eemnes vertrokken was: en meteen zette hij mij een mes op den strot.
Voor het oogenblik echter viel er aan geen wederstand te denken; want ik bleef het koude staal tegen mijn nek en den mond van het pistool op de borst voelen; maar, toen wij allengskens wat verder in het kreupelbosch geraakten, waar ik mij met opzet als een levenloos lichaam doorheen liet sleuren, vonden zich de roovers genoodzaakt hunne moordtuigen een oogenblik van mij af te houden: Haentje om een tak af te snijden, die hem in den weg was, en de Zwartrok, om zijn hoed op te rapen, die aan een struik was blijven haken.
"De een," vervolgde Heynsz, "is een Bohémien, een Heiden, met name Peer Hendriks, alias 't Haentje, en op zijn Heidensch Baerlo. Hij is heden morgen, zoo ik hoor, door den veldwachter van Bussem geapprehendeerd geworden: de tweede is Andries Mathyssen gewezen matroos, de zoon van een boerin, nabij Oud-Naarden."
Hij was iemand van een allergunstigst uiterlijk, dat merkelijk afstak tegen het hatelijke voorkomen van Andries en de bruine, fielterige tronie van Haentje.
De vlucht was mij echter van geen nut; want nauwelijks was ik tien passen verder, of twee andere kerels sprongen van weerszijden uit de struiken voor den dag: en terwijl de een mij den pas afsneed, greep mij de ander in den kraag. "Pas op, Haentje! dat hij je de loef niet afsteekt," riep Andries, toesnellende: "hij wou het mij draaien, maar hij zel er voor bloeien, nou hij voor drie ankers leit."
"Voor den d....!" zeide hij, den vreemdeling en mij met een woedenden blik aanziende: "zullen wij vlag strijken, zonder die schooiers nog eens de volle laag te geven?" "Ja!" zeide Haentje, zijn hoofdman met bevreemding aanziende: "ik begrijp niet...."
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek