United States or Senegal ? Vote for the TOP Country of the Week !


En hij was altijd zacht en vriendelijk. Hij zelf merkte de verandering, die over hem gekomen was en zag hoe gelukkig zijn vrouw was. "Nu heeft ze het goed," zei hij eens tegen Marianne en wees op mevrouw Gustava. "Och, lieve Melchior," barstte ze uit, "je weet wel dat ik veel liever had, dat je weer beter werdt." En dat had ze werkelijk liever gehad.

Hij rilde van wat hij zag, en zijn hart werd beklemd door een bang voorgevoel van naderend onheil. Hij vroeg zich verwonderd af, waar Mariannes moeder wel zijn zou. En nu ging hij, half tegen zijn zin, maar door 't noodlot gedreven, Mevrouw Gustava Sinclaire zoeken. Hij ging door vele deuren eer hij haar vond.

Kort daarna zag zij het venster uit. Daar wandelde mevrouw Gustava nog altijd en babbelde met den grooten grondeigenaar over bloemen en vogels, en hier zat zij te babbelen over liefde. "'t Leven heeft ons beiden zijn heiligen ernst laten zien," dacht ze, en glimlachte weemoedig. "'t Zal ons troosten, dat we ieder ons groot kind hebben om meê te spelen."

"Zorg dat het huis weer in orde komt, Gustava," zeide hij, "ik rijd uit om Marianne thuis te halen". "Ja, beste Melchior, ik zal er voor zorgen," antwoordde zij. Daarmeê was alles in orde tusschen hen. Een uur later was de landheer op weg naar Ekeby.

De grondeigenaar was op zijn morgenwandeling, maar daar het werkvolk juist op de hoeve was tusschen acht en negen, beval Mevrouw Gustava een paar knechts den steen los te graven. Zij kwamen met spaden en hefboomen, groeven en zwoegden en eindelijk kregen zij den steen des aanstoots weg van zijn plaats. Zij droegen hem naar den tuin, zes man hadden er genoeg werk aan.

De smart was niet de eenige werkelijkheid. Nu wilde ze op reis gaan en een betrekking zoeken, waarin ze nuttig zou kunnen zijn. Was haar vader nog de oude geweest, dan had hij haar nooit toegelaten haar verloving te verbreken. Nu had mevrouw Gustava voorzichtig de zaak in orde gebracht. Marianne mocht zelf Baron Adriaan helpen met het geld wat hij noodig had.

Zij had hem nooit zóó verschrikkelijk gezien. En hij was haar heer en meester, die vreeselijke man met zijn grenzenlooze kracht, een onredelijke, grillige meester, die nooit naar iets anders dan zijn eigen lust vroeg. Zij zouden juist aan het tweede ontbijt gaan en zij stond met het broodmes in de hand. Onwillekeurig lichtte zij het op. Mevrouw Gustava greep haar bij de pols. "Marianne!"