Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 16 oktober 2025


Ben-Hur keek, en zie het was Aldebaran: de vlugste en verstandigste van Mira's zonen, na Sirius de lieveling van den Sheik. Hij wist dat het hart van den ouden man het geschenk vergezelde. Dienzelfden avond werd het lijk uit het atrium weggedragen en in stilte begraven, en vertrok een bode van Messala naar Gratus, om dezen de blijde tijding te brengen dat Ben-Hur dood was, ditmaal ontwijfelbaar.

Eene maand later werd bij den circus Maximus eene taveerne geopend met het opschrift: THOR DE NOORMAN. Sedert den avond, waarop Ben-Hur Antiochië verliet om den Sheik in de woestijn te volgen, zijn dertig dagen verloopen. Een groote verandering heeft intusschen plaats gevonden groot, voor zoover het de geschiedenis geldt van onzen held. Valerius Gratus is vervangen door Pontius Pilatus.

Dezelfde Ben-Hur, die reeds lang geleden op de roeiersbank had moeten bezwijken, keerde terug als een man van fortuin, aanzien, misschien zelfs als Romeinsch burger, om zich te ... ziet ge, gij zit te vast om bezorgd te moeten zijn; maar ik, mijn Gratus, ik ben in gevaar ... onnoodig u te zeggen van wat. Wie zou het weten, als gij het niet weet? Zegt gij tot dit alles: o-ho?

Ilderim keerde den volgende dag tegen de derde ure naar den dowar terug. Toen hij van zijn paard steeg, trad een zijner mannen naderbij en zeide: Sheik, mij is opgedragen u dit pak te overhandigen met verzoek het dadelijk te lezen. Ilderim nam het pakje aan en zag dat het zegel reeds verbroken was. Het opschrift luidde: Aan Valerius Gratus te Cesarea.

Meenende dat de zaak hiermede afgeloopen was stond hij op; maar Gesius vervolgde: Hoor mij verder, heer. Morgen, Gesius, ik heb nu geen tijd meer. Maar, commandant, wat ik u mee te deelen heb kan geen uitstel lijden. De commandant ging weer zitten. Ik zal kort zijn, zeide de gevangenbewaarder. Mag ik nog eene vraag doen? Moest ik niet gelooven wat Gratus mij vertelde van de gevangenen in cel vijf?

Ik begaf mij dadelijk naar Jeruzalem, om mijne meesteres, zoo mogelijk, te helpen, maar werd bij de poort gegrepen en naar de burcht Antonia gebracht, waarom wist ik niet, totdat Gratus zelf verscheen en de gelden opeischte van het huis Hur, welke hij wist dat, naar Joodsch gebruik, door wissels van mijne handteekening voorzien, overal konden opgevraagd worden.

Den vorigen dag was er een klein oproer geweest. De onzen hadden vele Joden neergeslagen, maar wij hadden ook enkele verliezen te betreuren. De aanleidende oorzaak was, zeide men, een moordaanslag op Gratus. Hij werd door een steen aan het hoofd getroffen, zoodat hij van zijn paard viel. Ik vond hem hier op dezelfde plaats zitten, waar gij nu zit, commandant, met een verbonden hoofd.

Ben-Hur verontschuldigde zich en begon opnieuw. De lezer heeft reeds begrepen, dat een der door Messala afgezonden koeriers aangehouden was en het duplicaat van den brief aan Gratus zich thans in handen van Ben-Hur bevond. Toen hij aan de zinsnede gekomen was, waar Messala het geheugen van Gratus zocht te hulp te komen, beefde zijne stem.

Ik ben hier levend begraven met mijne dochter. Help ons gauw, of wij sterven. Ik riep haar toe nog even geduld te hebben en spoedde mij tot u, om uwen wil te vernemen. De commandant stond haastig op. Gij had gelijk, Gesius, zeide hij. Ik begrijp er alles van. De kaart was valsch en het verhaal van de drie gevangenen was een leugen. Er zijn betere Romeinen dan Valerius Gratus.

Hij vertelde ons van zijn wonderbaren voorspoed in den handel, van zijne vloot en karavanen, weinig vermoedende, dat een zijner hoorders persoonlijk het grootste belang stelde in hetgeen hij mededeelde. Hij zeide ook dat Simonides een Jood was, in vroeger jaren lijfeigene van vorst Hur. Tot besluit sprak hij van de wreedheden door Gratus gepleegd en het doel dier vervolging.

Woord Van De Dag

sanktie

Anderen Op Zoek