United States or Portugal ? Vote for the TOP Country of the Week !


Hier begon hij haar de geschiedenis van Reinier Claessensz. te vertellen en toen hij geëindigd had, sloeg Witte's moeder de handen in elkander en riep: "Fij, fij, en hierover maken de jongskens zulk een getier? 'T ware beter dat gijlieden deedt als mijn Witte, die keert u de rechterwang toe, als ge-hem op de linker- eenen slag geeft!"

Nu ziet zy wél, dat de Here niet woont in 't water noch in 't vuur: gelyk er in het oude Verbond staat: dat is, niet in al dat getier en gebaar van dat zo genaamde Bekérings-werk: maar dat God woont in een ootmoedig, gezuivert, en hem geheel geheiligt hart; zoo is het ook met uwe Bruidegom!

Een talrijke stoet nam een deel van de avenue in en naderde met groot getier. Het was de keizer Koang-Sin, dat wil zeggen »Voortduring van Roem", die zijn goede Tartaarsche stad binnentrad en voor wien de middenpoort geopend was.

Met een oorverscheurend getier stijgen de Vogels als een witte wolk omhoog; in 't zelfde oogenblik slingert de jager zijn wapen te midden van den zwerm. De boemerang danst met de zonderlingste sprongen en wendingen boven den waterspiegel, verheft zich, een kromme lijn volgend, hoe langer hoe meer en zwiert in 't volgende oogenblik te midden van de Vogels rond.

Op hun reis verwijderen de Rosse Grutto's zich niet gaarne van de zee, zoeken hun voedsel op de bij eb droogliggende zandbanken en wadden, keeren bij intredenden vloed naar het vaste land terug, zenden, als de eb aanvangt, boodschappers uit, vliegen, als deze hun de gewenschte tijding gebracht hebben, onder oorverdoovend getier naar den waterkant en volgen de terugwijkende golven.

De groote vent, hij stond alleen en zwart en pookte in de hoop tot de klare vlamme uitsloeg, die hij dan toedekte met versche groenigheid om veel rook te maken. Heel de streek geurde er van en verre hoorden zij de gebuurs den nieuwen laai begroeten met blij getier.

Dan treft de menschelijkheid van die harmonische reuzen, die sterven, of reeds bezweken, het meest, en dan is vooral de weemoed overstelpend als men er al de gouden onkruidbloemen haar welig getier ziet tusschendringen, als men er de witte en gele en gloeiend gekleurde kapellen over heen ziet fladderen met het broze getril der weiflende wiekjes, omdat die bloemen en die kapellen die liefde van éen dag zoo vreemd in onderscheid is met dat marmer, dat, zelfs in den dood, eeuwig is: een zoo wijde afstand tusschen die beiden, kapellen en zuilen, of het geheele leven er tusschen ligt.

Op dit getier afgaande, ziet men weldra de zeer in 't oog vallende levenmakers, bij paren of tot kleine familiën vereenigd, op een van de hoogste boomen van het gebergte zitten, elk mannetje naast zijn wijfje. Alleen in de morgen- en avonduren begeven zij zich naar de lage struiken, waaraan allerlei soorten van bessen groeien, die hun tot voedsel dienen.

Verliest de toornige zijn heerschappij over het verstand, dan spreekt men van ~woede~. Gaat deze woede met groot getier of heftige bewegingen gepaard, dan gebruikt men ~razernij~. ~Drift~ is een snel opkomende opwelling van toorn, die evenwel spoedig weer voorbij gaat. In zijn had hij bijna zijn besten vriend vermoord. Hij wilde uit niet met ons meespelen.

De wielschepen van den overzetdienst deden gezapig hunne reizen over den stroom en kleintjes klauterden menschen en wagens den steenen dijk op van Sint Anna. Hoe sterft toch het grootste getier van wapenen op eenige uren afstand uit! Ginder heel ver, woedde de slag maar hoe kalm en ongestoord lag nog de stad en hoe zeker in het midden van die groote ruimten van vrye ongeschonden velden.