Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 20 juni 2025


Zij werd gewoonlijk voorgesteld als een slanke, schoone en statige vrouw, gekroond met reigerveeren, het symbool van zwijgen en vergeten, en gedost in zuiver wit gewaad, om het middel vastgehouden door een gouden gordel, waarvan een bos sleutels afhing, het attribuut van de Noorsche huismoeder, als wier bijzondere beschermvrouw zij gold.

Madzy boog zich, zonder nauwelijks het oog te durven opslaan: zij kon bijna niet gelooven, dat de man, die voor haar stond, in geestelijk gewaad gedost, en die op een zoo minzamen en bedaarden toon tot naar sprak, dezelfde opbruisende jongeling ware, die te Utrecht aan haar voeten had gelegen.

Allen waren in feestgewaad gedost, en allen keken naar den kleinen, grauwachtigen vogel, dien de keizer toeknikte. De nachtegaal zong zoo prachtig, dat den keizer de tranen in de oogen kwamen en langs de wangen biggelden; en nu zong de nachtegaal nog mooier: het ging hem zoo recht van harte. De keizer was zoo verrukt, dat hij zei, dat de nachtegaal zijn gouden pantoffel om den hals moest dragen.

De adulescens, ongemaskerd, trad op, rijk gekleed in veelkleurig gewaad, veelkleurig steeds was de jonge-rol gedost en terwijl hij, ijdel, lonkte naar Fabulla, die hij herkende uit Nilus' taveerne, sprak hij hoog uit, reciteerde hij van zijn liefde voor Bacchis, de Vreemdelinge.... die hij na gereisd was.... Terwijl de fluiten het melodrama aangaven in ondertoon.

Daarop beval hij zijn trompetter, eene uitdaging aan de kampvechters te blazen, en liet hun door een heraut aanzeggen, dat hij geen keus wilde doen, maar dat hij tegen hen strijden zou, in welke orde zij zelven zouden verkiezen. De reusachtige Front-de-Boeuf, in eene zwarte wapenrusting gedost, was de eerste, die in het strijdperk verscheen.

De suggestie van al het zwart, waarin bij een vorstelijk sterfgeval niet enkel de hofhouding, maar ook magistraten, gilden en volk gedost ging, moet bij de bonte kleurigheid van het middeleeuwsche stadsleven nog veel grooter zijn geweest door de tegenstelling.

De heer De Milde, op het deftigst gedost in 't zwart met zijne glanzigste satijnen sjaaldas en schitterendste diamanten speld, gaat daarna vol drukte juffrouw Muller voor de kostelijke muziek danken, en roept als in één adem: »En wat zullen de dames en heeren gebruiken .... Rhijnschen wijn of rooden wijn.... Jans! Schenkt niemand hier in?"

Zoo negen dagen, negen nachten lang, Naar 't noordlijk ijs, door dalen, stroomomgord. En op den tienden dag zag hij de brug Die overspant met gouden boog den stroom Van Giall, en op die brug een vrouw, gedost In rusting, waar men komt aan d' overkant En waar de weg in rotsen zich verliest. De brandstapel.

Charmides, Lyzias' zoon, uit Epidaurus? vroeg de dwerg, bont gedost, terwijl ik, tusschen mijne vrienden, neêr zat onder het rozenpriëel, nog in wijden badmantel omplooid. Die ben ik, zeide ik. Wat wil je, dwerg? Uitnoodiging over brengen, van mijne meesteres, Meroë, voor dezen avond, en tevens aan allen, die gij in uw gevolg wilt mede nemen, zeide de dwerg.

Op de zandplaten, die uit de rivier oprijzen, en langs de oevers bloeien laurieren, cactussen en reusachtige platanen, terwijl de heuvelen met dennenbosschen zijn gekroond. De krekels piepen in de struiken, de nachtegalen zingen in de boschjes. Deze geheele liefelijke natuur is in volkomen overeenstemming met de historische herinneringen en schijnt in waarheid in onsterfelijk feestgewaad gedost.

Woord Van De Dag

verduldige

Anderen Op Zoek