United States or Sudan ? Vote for the TOP Country of the Week !


Moeder is wel trotsch op haar jongen, maar zegt toch, "neen, jij maakt van zus een egoïstje en dat zou vreeselijk zijn." "Wat is dat, moe?" zegt Emy. "Iemand, die het beste voor zichzelf uitzoekt en niet om een ander denkt," antwoordt moeder, "niets lief."

Désiré en Emy. "Neen, zoo niet, recht op! Toe, dan krijg je een stuk worst!" "Nee nog niet happen. Eerst rechtop! Kop hups! Zus, trek hem eens aan zijn voorpooten. Ja zóó! Recht kom dan! Nou stil zitten hoor. Een twee drie vier vijf zes . Mooi zoo! Daar is de worst! Zie je wel zus, hij kan 't al. Désiré, hier! Hij komt dadelijk, leuk ?" Op de plaats stonden ze.

Zus begreep niet, wat er gebeurde, maar stond zacht te snikken. Het meisje streelde haar wang en zei troostend: "Kijk, kijk hij komt al bij, hij tilt zijn hoofd op. Huil nou maar niet, kijk. Vertel nu eens wie je bent?" "Emy, en hij is Tony," snikte het kind. "En waar zijn je vader en moeder." "Naar de kerk." "Maar bij wie ben jelui hier, dan?"

Toen de familie weer naar huis terug gekeerd was, wist iedereen daar ook al spoedig van de heldenfeiten van Désiré en zus. Hij kwam nu niet alleen in de vrije uren van Tony op straat, maar iederen dag tegen twaalf en vier uur kwam Emy met Désiré de deur uit en gingen ze samen naar de school om Tony af te halen.

"Ik dacht niet, dat hij zoo groot zou zijn," riep hij verrukt. Vader greep den hond bij den nek en streelde zijn kop, toen kwam Tony vlak naast hem staan en aaide het mooie dier over den rug. De hond besnuffelde beiden aan alle kanten en wendde ook den kop naar moeder en zus. "Kom, Emy, niet bang zijn," zei moeder en bracht haar bij den hond, maar ze wilde hem niet aaien.

"Hoe heerlijk," denkt ze, "dat ze zoo lief samen kunnen spelen. Die Tony is toch zoo dol op zusje en Emy is zoo blij als ze Tony ziet." Ze staat weer bij het hekje. Broer gaat op den rand van het gras zitten. Nu gaat ze haar kunsten vertoonen. "Hoea!" roept ze in eens en heft beide armpjes omhoog. Ze staat, ze staat los in de box. "Moes! Moes! kijk u eens!" roept Tony verrukt. "Emy staat alleen!"

Kijk mijn schort! heelemaal vuil," en ze houdt Tony het bewijsstuk voor. "Ja," zegt Tony, "maar ze deed het niet exprès. Ze kon het niet helpen." "Nee, ik dee het niet imspres; ik kon het niet helpen," zei Emy nu, "ga je mee naar moeder, Tony?" en ze trok haar broer mee naar huis. Hij hield haar stevig vast. Hij was zoo trotsch op zus, met die mooie, blonde krulletjes.

"Zus! zus!" riep hij terugkeerend naar het bloemenveld. Hij zag haar niet. Ze was achter de hooge struiken verborgen. Hij zette zijn handen als roeper aan zijn mond en riep "zus, zus, Emy!!" Désiré snelde hem vooruit en had heel gauw haar spoor gevonden. Daar kwam hij weer tusschen de struiken uit, gevolgd door zus, die de beide armen vol bloemen had.

"Tony, word toch wakker, Tony, lieve Tony," snikte ze dan en begon hevig te schreien. Opeens hoorde Emy den hijgenden adem van Désiré weer in de verte. Ze keek op. Daar kwam hij om de boomen heen, liep weer terug, rende nog eens vooruit en achter hem kwam een kleine, dikke man met een dikken stok in de hand.