United States or Macao ? Vote for the TOP Country of the Week !


Kent meheer de Vette Vadoek? "Neen, Keesje." "Et is een herberg in de Hazelaan, daar drinkt Klaas 'en borrel; en welreis twee, en welreis drie borrels". "En als hij dan in 't Huis komt?" "o Hij heeft allerlei kunsten. Hij neemt een groote pruim tabak. Hij haalt 'en oranjeschilletje bij de' drogist. Soms merkt de Vader et.

Ik vroeg dus aan Klaas "Is hier een drogist in de buurt?" waarop hij mij met verwondering antwoordde "Neen vader, maar ik hoor het stampen ook en zelfs duidelijk hoe de stamper eerst dof op 't zoethout stoot en dan tusschenbeiden tegen de rand van den vijzel klinkt.

Daarna hielp ik een drogist, die het privilege wilde hebben, om gedurende tien jaren zekere drankjes in alle steden van Spanje te verkoopen, met uitsluiting van alle anderen d. w. z. dat anderen die in deze plaatsen niet zouden mogen verkoopen. Voor tweehonderd pistolen kreeg hij uitsluitend recht om de wereld met zijn waar te bedriegen.

Madame Snepvangers schiep groot behagen in de kinderkamer en hielp Marieken in de beslommeringen. De Drogist frutselde in zijn winkel of zat verdiept in wetenschappelijke verhandelingen. Soms praatte hij zeer uitbundig en andermaal kon hij zijn schoonvader zoo verstrooid aankijken dat deze er schuw van werd.

"Wat maakt het reizen de jonge lieden toch wellevend," zeide zij: "is het te Weenen of te Genua dat gij zoo hebt leeren gapen? Ik dacht zoo meteen, dat de geheele soepterrine er aan moest gelooven. Gij kunt u gerust bij den drogist op het Rokin verhuren, indien hij zijn gaper verliest. Dominee Best krijgt een beroerte op 't lijf als hij u ziet."

Lessing, betoogde de Drogist, een beroemd dichter, kwam eens vroeger naar huis en zijn knecht, die hem niet herkende, riep door het raam: "De professor is niet te huis!" "O zoo, antwoordde Lessing, dat is niets, dan kom ik later wel eens terug!" Van dichters verwondert mij niks, overwoog Snepvangers.

Hij had een scherpen neus, waarop een gouden bril zijn flauw-grijze oogen beschermde. Dat is nu onze Antoine..., het eenig kind dat over bleef van de vier .... Antoine, dat is de familie Snepvangers, waarover wij gesproken hebben. De drogist zei hoe aangenaam het hem was te mogen kennismaken met de familie, pluisde onderwijl aan zijn vlasblond geitenbaardje. De badkuip werd vergeten.

Waarom had hij een omweg gemaakt? De Suikerrui zag zwart van menschen die over de Scheldebrug wilden vluchten, maar opgehouden werden door het leger in aftocht. Dan spoedde hij zich naar de Torfburg waar de winkel gesloten was. Antoine kwam de deur openen. Maakt u maar gauw klaar, zei Snepvangers, 't is maar voor de vrouwen. Wij blijven, besliste de Drogist.

Een molecule, dat is de kleinste denkbare hoeveelheid stof die op zichzelf kan bestaan!... Toch iets meer, Antoine, toch iets meer, hield Snepvangers, rood van ontroering, vol, nu ben ik het niet akkoord. Ha, ik weet wat ge zeggen wilt, zegevierde de drogist, ge wilt zeggen dat wij een ziel hebben, dat wij redelijke schepselen Gods zijn! ...

Zouden wij niet eens in den winkel gaan zien? stelde Madame Snepvangers voor. Gedwee volgden de mannen, doch staakten geen oogenblik het onderhoud. Madame Craen noemde prijzen van badkuipen, waterketels, lavabos, gemakken, raamde de kosten van plaating. De belangrijke mededeeling werd onderbroken door de komst van den drogist, een mager jongmensch met bleek gelaat.