Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 3 juni 2025
Alle handen ontvouwden zich, maakten het kruisteeken, en weer gingen alle petten op de hoofden, terwijl de ernstige gezichten, opgelicht, tot vroolijkheid herleefden. "Allo jongens, valt er moar aan!" riep moeder van Dalen. Zij hadden eerst booli met aardappels en worteltjes, en Dons vroeg of hij maar wilde voorsnijden om het niet koud te laten worden. Dat was uitstekend.
Smul slikte en schrokte zonder opkijken en ook vader van Dalen had heelemaal geen tijd tot praten. Hij at zooals hij wrocht: zwoegend, de schouders scheef van inspanning. Hij kreeg het al spoedig benauwd en legde vork en mes even neer om als boer Dons zijn vest uit te trekken en ook zijn broekband los te knoopen. "Goe gedacht!" riep Dons, en knoopte insgelijks los.
Het nest, dat steeds in rotsspleten of onder groote steenen aangelegd wordt, bestaat van buiten uit grashalmen, mos en korstmossen, die op den bodem groeien; het is van binnen met veeren en dons gevoerd; de ingang is zoo klein mogelijk, niet grooter dan noodig is om de oude gemakkelijk door te laten.
Het binnentreden van zijn goeverneur stoort hem in zijne overdenking. "Gij liet mij roepen, Willem!" begint deze. "Weder die ongelukkige hoofdpijn! Waarom niet nog wat te bed gebleven?" "Omdat ik het in het dons niet langer kon susteneeren," geeft de Prins ten antwoord. "Ik hoopte, dat het wat beter zou worden, als ik op was. Lees echter dezen brief, dien ik daareven ontving."
Daarna zeepte hij de barbier was er verwonderd over, en dat zijn de barbiers anders niet licht, want ze zien en hooren meer dan een ontdekkingsreiziger de wangen in, en in een ommezientje bleef er geen schaduw van dons op 't vel. Toen hij gereed was, zette hij 't hoofd op den romp, en zei, dat hij nu zijn schuld wilde voldoen.
De bovenlip van den fourier was nauwelijks met een zacht dons beschaduwd; levensvreugde straalde hem uit de oogen en dikwijls poogde hij de aandacht van zijnen kameraad, die zwarte knevels droeg en vijf of zes jaar ouder was dan hij, op de schoonheid van het landschap te vestigen.
Den volgenden dag, een Zaterdag, de geliefkoosde dag van de weerwolven, toog Uilenspiegel henen met eenen brief van den baljuw voor den parochiepaap van Heist, en met de val onder zijnen mantel; overigens was hij gewapend met een goede bus en een scherp, versch aangezet kruismes; in 't heengaan zei hij tot die van Damme: Ik ga op jacht naar de meeuwen en zal met haar dons oorkussens maken voor mevrouw van den baljuw.
Het oog van den man moet nog eerbiediger zijn voor het opstaan van een jong meisje, dan voor het opgaan eener ster. De mogelijkheid van te kwetsen moet den eerbied nog verhoogen. Het dons der perzik, het waas der pruim, het kristal der sneeuw, de stofvleugels der kapel zijn grove zaken, in vergelijking van deze kuischheid, die zelfs niet weet dat zij kuisch is.
Zij daalden in het bed van blanke vlokken, zoekend en wroetend naar ondergesneeuwde maïskorrels, of er zich in rondwentelend, rollend als blauwgrijze ballen, dons in dons. Van toen aan was het plein niet langer verlaten en ongeschonden.
Dat bekken, blank geschuurd, blonk van verre als een spiegel en werkte zoo levendig op des Dons ziekelijke verbeelding, dat alles, als gewoonlijk, in zijn oog eene herschepping onderging, dat hij een grauwen ezel voor een appelschimmel hield en een ridder met gouden helm zag, waar daar in werkelijkheid niets van bestond.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek