Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 15 oktober 2025


De moed en de verduldigheid, waarmede haar zoon deze tijding had ontvangen, verwonderden en verblijdden vrouw Damhout. Zij begreep niet, dat hare moeite om hem de tijding onder een gunstig daglicht te doen aanschouwen, voor een oogenblik zijn gevoel en zijne rede had in twijfel gebracht.

Zoohaast zijne beternis toeliet, dat men hem gezelschap hield, gingen vrouw Damhout en Lieveken bij zijn bed zitten naaien, en dan gaven zij hem moed en troostten hem door allerlei zoete woorden. Het was insgelijks bij het bed zijns vaders dat Bavo een gedeelte van den avond doorbracht. Er geschiedde iets zonderlings in den jongen.

"Maar, Godelieve toch, hoe kunt gij M. Damhout dus zonder antwoord laten?" kreet moeder Wildenslag. "Ja, ja, mijnheer, zij heeft het bewaard. Wederhoud mij niet, Godelieve. Zoo goed bewaard, mijnheer, dat het sedert jaren onder het kleine crucifix hangt, waarvoor Godelieve gewoon is te bidden." "Ach, dank, dank om uwe trouwe herinnering!" riep Bavo.

"De schaamte, de schrik, moeder; mijne ziel wil bidden, sterkte vragen; want nu wij de plaats naderen, waar ik de smeekende hand tot ... tot vrouw Damhout zal uitsteken, ontsnapt mij alle moed." "De avond valt, Godelieve; wij mogen niet wachten totdat het gansch donker is. Kom, mijn kind, het is een smartelijk oogenblik, inderdaad; maar het zal haast doorgestreden zijn.

De jongen, als uit eenen slaap opschietende, slaakte eenen zucht en murmelde met zonderlinge ontroering aan het oor zijner moeder: "Ach, hadde Lieveken dit eens kunnen zien!" Zij werden door den vloed des volks ter deur uitgestuwd, en bevonden zich op de straat. "Christina," zeide vader Damhout, "ginder staat M. Raemdonck; hij beziet ons en schijnt mij te willen spreken."

Bazin Damhout zeide aan hare buurvrouw, dat zij niet mocht nalaten de Zusters van hare beslissing te verwittigen, en bij deze gelegenheid hen duizendmaal en uit den grond des harten moest bedanken voor hunne goedheid. Daar Lina reeds eens in het gesticht met bijzondere vriendelijkheid was onthaald geworden, volgde zij den raad harer buurvrouw.

"Damhout lief," sprak zij, "gij moet het voor mij niet laten; daar is geld; hebt gij lust om een uur of eenige uren met de kameraden te zijn, voldoe uwe goesting. Ga, ik zal zelve plezier in mijn hart hebben, als ik weet, dat gij u vermaakt." Maar de man, als beschaamd over zijn gemor, dreef zachtjes hare hand terug.

De brief, waarin Damhout aandrong om Godelieve het fabriekwerk te doen verlaten, zou hem waarschijnlijk hebben doen besluiten alle betrekking tusschen zijn huisgezin en de Damhouts af te breken. Misschien had het woeste gezelschap, waarin Godelieve veroordeeld was te leven, reeds eenen verderfelijken invloed op haar uitgeoefend?

Zij herinnerde zich de eindelooze goedheid van vrouw Damhout voor haar, de onverdiende vriendschap, die Bavo gedurende geheel haar leven haar had gegund, en zij sprak van weldaden, van edelmoedigheid en medelijden voor een arm verstooten kind; zij noemde bazin Damhout hare goede moeder en Bavo haren leermeester en haren broeder. Dit alles ging zij verliezen.

Dit waren echter slechts droomen, die met de wezenlijkheid in geene betrekking meer stonden, en hij wist het zeer wel. Vader Damhout had zijnen zoon reeds aangespoord, om door M. Raemdonck of den meester-klerk toch eens naar de Wildenslags te doen vernemen; maar Bavo had deze pogingen met eene soort van verschriktheid afgewezen, en zijne moeder had hem gelijk gegeven.

Woord Van De Dag

veerenbed

Anderen Op Zoek