Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 12 juni 2025
Daar kwamen zij weer in de kamer, waar zij Coenraad hadden achtergelaten. In de verre hoorden zij nog het gejuich van de ridders in de burchtzaal. 't Scheen er daar woest naar toe te gaan, aan het gedruisch te hooren. Behoedzaam openden zij de deur en bestegen de trap naar boven. Nu kwamen zij langs het vertrek, waar de bedienden nog op den grond lagen te ronken.
Met hem waren zijn neef Proost Coenraad van Diepholt, de Domproost Sweder van Culemborch, Burchtgraaf Henric, en andere Edelen en Geestelijken, benevens eene bende krijgsvolk. Allen naderden in de grootste stilte.
Onhoorbaar plaatste hij nu zijn ééne been vooruit .... Coenraad snorkte door.., nu zijn andere... "krits!" ... daar stootte hij zacht tegen de mars aan, die hij tegen de tafel geplaatst had. Veel gedruisch maakte het niet, maar toch genoeg om onmiddellijk aan het luide gesnork van Coenraad een einde te maken. Fulco voelde, dat hij doodsbleek werd.
Wrijf er de zieke plaats aan alle zijden mede in en binnen korten tijd is de pijn geheel verdwenen. Als het noodig is, moet de inwrijving een- of tweemaal herhaald worden." Coenraad volgde het voorschrift getrouw op, en nu begon Fulco zijne koopwaren op de groote tafel uit te stallen. "Waar is de kok?" riep hij. "Hier heb ik peper, gember, kruidnagelen, komijn en muskaatnoten. Niet noodig?
Maar..... voor 't overige ging zij zoo goed als alle anderen, geheel in 't leven der Hofstad op, bezocht geregeld den Franschen schouwburg, en ontbrak nooit op de bals in 't Mauritshuis, waar de dames van 't corps diplomatique, als Coenraad Droste zegt: »Te zamen om den prijs der grootste schoonheid stonden".
"Laat dat dan de laatste zijn, Coenraad," zeide de minstreel, terwijl een der zangers hem opnieuw inschonk. "Ja, d... de laa.., t... ste," mompelde Coenraad. Toen namen de zangers hem in hun midden en verlieten met hem het vertrek. "Waar moeten we je brengen, Coenraad?" vroegen zij lachend, maar toch keken zij elkander met een veelbeteekenenden blik aan.
Het zal niet gemakkelijk gaan, om ze in handen te krijgen, doch die niet waagt, wint ook niet." Voorzichtig richtte hij zich op. Gelukkig, het ledekant kraakte niet. Nu wachtte hij weer eenigen tijd en hield zijne oogen onafgebroken op de plaats gericht, waar Coenraad lag. Het was donker in het vertrek, zoodat hij hem niet zien kon. Doch aan zijne rustige ademhaling bemerkte hij, dat hij sliep.
Een half uur later lagen Coenraad en Fulco ieder op een rustbed, doch geen van beiden sliep. Coenraad kon niet in slaap komen, omdat de pijn weer heviger geworden was, zoodra hij in het warme bed kwam, en Fulco was wakker, omdat hij niet slapen wilde.
Met eene verwonderlijke vlugheid sloop de oude man door het vertrek rond en keek in alle boeken en gaten. Geen kast, zelfs niet de slaapplaats van Coenraad, bleef ondoorzocht. Intusschen waren de jongelieden bezig, den dronken Coenraad aan handen en voeten te binden. Ook bonden zij hem een doek voor den mond, om hem het schreeuwen te beletten.
Het spijt me werkelijk, want ik heb veel moois bij me en ik wil graag wat verdienen, maar het kan waarlijk niet. Of kan ik hier overnachten? Dan ben ik gaarne tot je dienst." "Mag dat, Coenraad?" vroegen verscheidene stemmen aan den dikken cipier.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek