Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 7 mei 2025
Den 1en April kwamen de geuzen voor den Briel aan: wel hadden de burgers alleen de stad kunnen verdedigen, want zij had sterke wallen en het aantal der geuzen was niet groot hoogstens 300 man , doch het ontbrak der burgerij daartoe niet slechts aan moed, maar ook aan lust.
Haal ze in en zie er eens alles van te weten te komen, Dalton." In een halfuur heeft de Dover Lass de schepen ingehaald, die onder het commando staan van kapitein De Rijk van Amsterdam. Van hem verneemt Guy, dat de Geuzen niet alleen Vlissingen hebben ingenomen, maar ook den Briel.
"En Dona Hermoine," viel Guy hem in de rede, "wat zeide zij er van?" "Waarvan?" "Van het nieuws van de inneming van den Briel?" "Ik geloof, dat zij daar in het geheel geen notitie van genomen heeft. Die jonge dame denkt aan niets anders dan aan raouts en feesten," antwoordt de schilder, "en bemoeit zich niet met politiek. En dan heeft zij een vurigen aanbidder in generaal Noircarmes "
In stêe van deugden, liefde en geloof, Heerschen verklikking en wantrouwen. De slachters dienen geslacht. Slaat op de krijgstrom. Leve de Geus! Slaat op de trom. De Briel is aan ons. Vlissingen ook, de sleutel der Schelde. De Heer is goed. Campveere is aan ons, Met Zeelands schutterij. We hebben kruit en lood en kogels, IJzeren kogels, gegoten kogels. De Heer is met ons, wie tegen?
't Waren stoere krijgslieden, die onder de Watergeuzen met moed hadden medegestreden en zelfs een werkzaam aandeel hadden gehad in de verovering van Den Briel. Hunne gelaatstrekken waren ruw en woest, hun vel was verbrand door de zonnestralen, en hunne houding getuigde van onverschilligheid en zelfs van brutaliteit.
Ook op het bericht van de inneming van den Briel kon hij nog niet naar Nederland snellen, gelijk hij wel gaarne zou hebben gedaan, maar hij zond derwaarts zijne bevelen, die door het volk bereidwillig werden opgevolgd.
Wij stonden met groote oogen te kijken en Witte had er zooveel pret in, dat hij dadelijk zijn buis op den grond smeet en zeî: "Wil-je, zeg, wil-je? Allebei te gelijk, kom maar op!" "Neen, Witte, we willen niet vechten! Zeg ons maar hoe 't in Den Briel is!" zeide Marten. "o Goed, goed! 'K heb gisteren je moeder nog gezien, springlevend maar een weinig treurig. Jou vader en moeder zijn dood, Huib!
Een zegelbewaarder was een der hoogste ambtenaren, aan wien de bewaring van het Staatszegel was toevertrouwd en die de stukken van den Staat uitgaande, moest zegelen. Waarom heeft men dit gedenkteeken nu juist in Rotterdam opgericht? Heeft onze stad dan wat met de inneming van den Briel te maken gehad? Zeer zeker, en niet weinig ook.
"En hoe gaat het in Den Briel?" vroeg ik. "Goed, goed, best, opperbest zelfs! Sinds een paar weken geef ik geregeld iederen dag een stuk of drie jongens op hun falie want, weet-je, 'k heb me laten doopen! Lekker, hé? Kom nog eens aan mijn lijf als je durft!"
Het bericht van de inneming van den Briel door de Watergeuzen verbreidde zich met groote snelheid. Alba ontving het, gelijk we reeds zagen, toen hij op het punt stond, eenige Brusselsche kooplieden te laten ophangen. Nu liet hij dit plan varen, dewijl hij meende terstond krachtige maatregelen te moeten nemen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek