Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 30 juni 2025


De veldmaarschalk sperde zijn neusgaten wijd open, snoof de heerlijke lucht welbehaaglijk op en trad in fiere houding op ons toe. Effendi, zeide hij, de veldtocht is ten einde. De beide Aladschy's zijn alleen door mij geveld. Mij komen dus twee huiden toe. Waar zijn hun lijken? In de rivier geworpen. En waar zijn de beide andere boosdoeners? Ook in de Sletowska.

Ik zag mijn moeder, doodsbleek en met bloed bedekt, door twee dier boosdoeners voortsleepen: ik hoorde het noodgeschrei mijner zusters en broeders, die in de vlammen omkwamen: en dan zag ik opeens boven het vlammend puin, Henriëtte, Amelia, en een talrijken stoet bevallige, in feestgewaad uitgedoste jonge meisjes luchtig en onbezorgd ronddansen, en rozen strooien op de vonken, die onder haar voeten opspatteden.

Slechts twee van die boosdoeners zijn hier; die zijn pas kort geleden bij ons gekomen; en zoodra ik vermoedde, dat zij tot de vijanden der Utahs behoorden, heb ik hen neergeveld. Zij zijn niet dood, en zullen spoedig weer tot bewustzijn komen. Wanneer gij hen hebben wilt kunt gij hen weghalen." "Gij wilt ons op de vlakte lokken, om ons te kunnen dooden!" "Neen." "Ik geloof u niet." "Wie zijt gij?

Dat is voor hen een verschrikkelijke straf. En gelooft gij dat gij hen nog weer ontmoeten zult? Zeer zeker, want zij vervolgen mij. Hier in uw huis ben ik mooi veilig en dat dank ik u en den goeden Afrit, mijn gids. Maar morgen, als wij verder trekken, dan zullen die boosdoeners ons weer overvallen. Gij zult mijn huis toch de schande niet aandoen van er maar een enkelen nacht te blijven.

Zoo ik met de lans in het strijdperk treed, dan geloof ik niet, dat eenig menschelijk wezen mij zal beletten mijne kracht te toonen; en denk dan aan uw eigen lot, den dood der ergste boosdoeners te sterven, op een vlammenden brandstapel te vergaan, terwijl uw asch in die elementen verstrooid wordt, waaruit onze lichamen zoo geheimzinnig samengesteld zijn; en er niet het minste overblijft van die aanvallige gestalte, om ons te zeggen: zij leefde en bewoog zich onder ons!

Ja, want daarmee jagen wij, bij onze nadering, den vijand den schrik op het lijf. Wij leggen de boosdoeners gebonden aan uw voeten. Maar nu gij ziet hoe dapper en vermetel wij zijn zullen, behoeft gij met de hamels niet te wachten, tot wij als overwinnaars terug komen. Gij kunt ze nu wel laten braden.

De zoon hechtte meer aan zijn leven dan aan het geld, zooals te begrijpen is; hij wees den boosdoeners wat zij zochten, en de schurken trokken af met hun buit. Zij gingen toen hun plunderingen zuidelijker vervolgen, en toen daar de man, op wiens geld zij het voorzien hadden, erin slaagde te ontvluchten, doodden zij hem den volgenden dag.

»Dat schijnt zoo," antwoordde de Regent, en zag daarbij het meisje veelbeteekenend aan. En terwijl hij zich meer tot haar dan tot den Macedoniër richtte, voegde hij er bij: »Mij dunkt, wij moesten de jonge boosdoeners in vrijheid stellen en zoo stil mogelijk naar de Lochias brengen." »Naar het paleis?" vroeg de beambte. »Natuurlijk," verzekerde Iras. »Ieder naar zijn eigen vertrekken.

Niet ver van de Hart, aan de oevers van de Ill, ligt Ensisheim, een klein landstadje, weleer de zetel van de oostenrijksche regeering en later van den souvereinen raad van den Elzas, tegenwoordig slechts de nederige hoofdplaats van een kanton. Daar ontmoeten elkander ook alle boosdoeners van het rijksland, in de centrale strafgevangenis.

Het is waar, wat de oude wijzen van Egypte dachten, dat de zon de boosdoeners op de vlucht jaagt; vroeg genoeg valt de avond en brengt, met de duisternis, haar geleide van schurken, dieven en moordenaars, van allen, die het daglicht schuwen, de nacht en haar schaduw zoeken, om daden te bedrijven, die door geen menschelijk oog mogen worden aanschouwd.

Woord Van De Dag

1195

Anderen Op Zoek