Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 8 juni 2025
Langs het transept en het koor werden spoedig kapellen bijgebouwd; later werden de zijgangen ook om het koor heen gebouwd, en nog weêr later ook om de zij-armen van het transept heen; overal kwam daardoor langs die zijbeuken gelegenheid tot het aanbrengen van kapellen.
Bij de westelijke vertegenwoordigers van dit type is somwijlen een groote of kleine schuur bijgebouwd, waarin dorschvloer en wagenbergplaats en varkenskotten. b. De woonhuizen hebben nagenoeg alle den ingang in den vlakken gevel. De schuren zijn van hout en vrij groot. De schuurruimte bestaat uit eenige winkels of tassen voor de veldvruchten.
Tegen het einde der regeering van Danilo, werd er aan het oude paleis een vleugel bijgebouwd, om de senatoren te herbergen, en sedert 1873 houdt de Senaat daar zijne zittingen. Van de vergaderzaal valt niets te zeggen: zij is zonder eenig sieraad hoegenaamd, een hol vertrek met naakte muren.
Behalve de hoofdstraat, waar men burgerlijke, nette huizen vindt, ziet men onderscheidene smalle straten met arbeiderswoningen welke geen gunstigen indruk maken; in den laatsten tijd worden er echter nieuwe arbeiderswijken bijgebouwd.
In de stad zelf zij heeft 3000 inw. heeft men de oude O.L. Vrouwekerk, uit de 15de eeuw, maar herhaaldelijk gerestaureerd en bijgebouwd, en een aantal mooie huizen in renaissance-stijl; de straten zijn meestal glooiend, en de stad maakt een aangenamen indruk. 's Morgens vroeg trof ik er de weekmarkt.
De buitenmuren werden waarschijnlijk door de Normandiërs bijgebouwd; maar het binnenste getuigt van eene zeer groote oudheid. Het oudste gedeelte van het kasteel ligt op eene hoogte in een hoek van de binnenplaats, en vormt een volkomen cirkel van omtrent vijf en twintig voet in middellijn.
In de stad zelf zij heeft 3000 inw. heeft men de oude O.L. Vrouwekerk, uit de 15de eeuw, maar herhaaldelijk gerestaureerd en bijgebouwd, en een aantal mooie huizen in renaissance-stijl; de straten zijn meestal glooiend, en de stad maakt een aangenamen indruk. 's Morgens vroeg trof ik er de weekmarkt.
Aan het eind van den gang, is, onder de regeering van Vorst Danilo, aan het paleis een vleugel bijgebouwd, waarin zich de vergaderzaal van den Senaat bevindt. Het overige van het gebouw wordt deels voor bergplaats, deels voor het verrichten van allerlei werkzaamheden gebruikt; uit een der benedenvertrekken, dat voor school schijnt te dienen, zie ik kinderen komen.
Het kwam niet, geloof ik, door het zeeïg-zilte, ruig-stoere en hel-doorwaaide van Haspels' wijd-open geest, dat ik zoo vaak moest denken aan die stedekens rond de Zuiderzee, als ik zijn werk las, want mijn verbeelding meende immers hen dan juist zóó te zien, gelijk zij zijn zullen wanneer eens ons machtigste binnenwater zal zijn gedempt en over het nieuwe land nieuw en sterk leven hun doode pleinen en straten, hun oude huizen binnentrekken zal. En evenmin kwam het, gelijk menig lezer allicht zou denken, door de onderwerpen, welke onze schrijver bij voorkeur behandelt. Het onderwerp-an-sich pleegt mij niet zoo te obsedeeren, dat het boek mij aan iets frisch doet denken als het onderwerp frisch is of ik het bij iets bedompts zou vergelijken, wanneer het onderwerp bedompt is. Neen, mij althans doet dit alleen de behandeling.... Maar het werd veroorzaakt, dunkt mij, door de half-onbewuste overweging, dat ook de heer Haspels tegelijkertijd zóó ouwerwetsch èn modern is als zulk een stadje vermoedelijk in de toekomst zijn zal; het wemelt soms van moderne sentimenten en levensaanvoelingen bij hem en die wemeling trekt maar, zoo gewoon-weg als hoorde 't niet anders, door Potgieteriaansche straten nou ja, natuurlijk: d'r zijn ook nieuwe buurtjes bijgebouwd! en Hildebrandsche geveltjes voorbij. Niet dat hij de hoog-aristocratische zwier, de gesoigneerde wellevendheid of het onvergelijkelijk stijl-vermogen des eersten bezitten zou vèrre van dien! Maar z'n dialogen vooral, natuurlijk niet in zijn schetsen van volks- en zeemansleven, doch in zijn meer novellistich gecomponeerde verhalen der "betere" standen [p.62] verreweg zijn slechtste werk: te zeer verstandelijk in elkaar gezet, met allerlei bedoelinkjes en toevalligheidjes, zooals het zéér n
Hij kon niet laten naar den directeur te gaan en te zeggen, dat hij naar huis moest. Hoog op de rotsen in Lapland lag een oud arendsnest op een terras, dat uitstak uit een steilen bergwand. 't Was van dennetakken gemaakt, die in lagen over elkaar waren gelegd. Jarenlang was het versterkt en bijgebouwd geworden, en nu lag het op de rotsen, een paar meter breed en bijna even hoog als een Lappenhut.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek