Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 15 juli 2025
Hij vraagt van de menschen, dat zij iets zullen doen dat moeielijk is en weinig aantrekkelijks heeft en belooft hun een loon, dat geestelijk en onzichtbaar is. De hoorder is verplicht dezen eisch voor zich zelf waar te maken en te onderzoeken of het waar is, dat men er gelukkiger en sterker door wordt, wanneer men niet zich zelf, maar anderen dient.
Maar omdat ge het boek hebt gekocht of gehuurd in 't vertrouwen op den deftigen titel die wat degelyks belooft, erken ik uw aanspraken op wat goeds voor uw geld, en daarom schryf ikzelf nu eens weer een paar hoofdstukken. Ge zyt niet in den krans van de Rosemeyers, lezer, en dus gelukkiger dan ik die alles moet aanhooren.
"Panajeff heeft mij uw' brief ter hand gesteld, waarin gij ons de spoedige toezending van Jongelingsjaren belooft. Wees zoo goed het te zenden. Afgescheiden van het tijdschrift, stel ik persoonlijk belang in de voortzetting van uw' eersten arbeid. Wij zullen voor Jongelingsjaren eene plaats reserveeren in de 10de of 11de aflevering, naar gelang van den tijd dat het ontvangen wordt.
Eene uitbundige toejuiching viel der schoone zangeres ten deel, zij het dan om den inhoud der woorden, door geen gehoor alligt beter begrepen dan door het hare, of wel om de uitdrukking, welke zij door stem en gebaren er aan te geven wist. Dat belooft iets, niet waar? sprak Selim, als we nu eens aan de werkelijke hereeniging van Krishna en Radha komen! Maar dat een andermaal!
Natuurlijk was dit de een of andere verborgen schildwacht, maar 't verwonderde me, dat deze nog een paar maal, op een zachten, geheimzinnigen toon mijn naam noemde. "Wat is er?" vroeg ik. "Wat ik u zeggen wil, moet tusschen ons beiden blijven. U kunt ons helpen, en wij u. Blijf staan waar ge staat. Als u belooft ons te helpen, zal ik u mijn gezicht laten zien." "Ik beloof niets."
De Heer Blankaart heeft my wel tienmaal belooft, my eens in den Hortus Medicus te brengen, maar 't is er nooit toegekomen; en ik hoor, dat daar zulke fraaije Planten en Heesters zyn. De Heer R. Laat ik de eer mogen hebben, u daar eens heen te leiden: gy zult met verrukking zulk een rykdom der Natuur beschouwen; 't is er waarlyk fraai. Ik. 't Zou onbeleeft zyn, dit verzoek af te wyzen.
"Dat is afgesproken," zei Francis; "maar Rudolf, dan belooft gij mij vast in den vroegen morgen stil weg te trekken.... het is de verjaardag van grootvader en...." "Juist daarom was ik gekomen!" "Hebt gij daar nog aan gedacht!" "Zeker! en daarom meende ik.... is het dan volstrekt onmogelijk, Francis?"
De stad der keientrekkers gaat onder den tegenwoordigen burgemeester krachtig vooruit. Hare nieuwe geschiedenis belooft niet minder belangwekkend te worden dan haar oude het was. De naam »keientrekkers«, aan de bewoners gegeven, herinnert aan een gebeurtenis uit de zeventiende eeuw.
Belooft mij dan op goeder trouwe, dat gij drie mannen zult zoeken. En ziet hier wat zij moeten doen: een hunner zal eene handvol erwten hebben; wanneer te middernacht de deur opengaat, moet hij met de erwten in het wilde rondwerpen. Indien er eene erwt de tooverheks raakt, zal zij zichtbaar worden en huilend ten venster uitvliegen. Men behoort dat daarom open te laten.
"Ik zeg u, dat gij op zult staan." "Zeg gij mij eerst waar André zich bevindt," antwoordde zij. "Ik ben niet doof of slaap niet, en gij hebt verlof minder luid te spreken." "André is in goede handen." "Belooft gij mij, dat hem geen leed geschieden zal? Hij is onschuldig. Indien ik hem niet aangemoedigd had, zou hij de oogen niet naar mij hebben durven opslaan."
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek