Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 12 oktober 2025
Ze zetten zich daarbij met de beentjes open, trokken de leeuwenmuilkes af en met eenen duw van hunne vingers deden zij de bloemkes gapen het muilken open en toe en ze loechen omdat het alzóó een wiegje geleek met twee stengels daarin, lijk kleine kinderkes die ze zelve waren. Moeder kreeg eene krijzeling van vervaardheid.
toen keek er één op, »Mijn vader, die mij at,« Toen keken er nog twee op en luisterden, »Mijn zusje Marleentje,« Toen hoorden er weêr vier op, »Zij zocht al mijn beentjes, »Legt ze in een zijden doek,« Nu hakten er nog maar acht, »Onder« Nu nog maar zeven »den amandelboom,« en nu nog maar één. «Kiewit, kiewit, wat een mooie vogel ben ik.«
Daarbij kwam nog, dat 't kind vlugge beentjes had, die 't geen minuutje in rust konden uithouden. Op een keer hadden de groote-menschen het er in zijn bijzijn over gehad, dat men vogeltjes en kleine kinderen maar vrij moest laten rondspringen, daar dit een wet van den goeden God is. Nu, dit was bij hem aan geen doovemans oor gezegd.
Ik konde ook te gelyk sien, dat het vlies of vel, dat dese beentjes overdekten, en het meerendeel van de staart-vinne uytmaakten, mede uyt lange deelen was te samen gestelt, dog alle dese deelen en heeft den Teikenaar niet konnen sien, om dat deselvige met het sterven van het Visje, het gesigt ontweken waren. L M. is mede een vinne digte by de staart aan het onderste deel van het lighaam.
In de straat kwam de secretaris, vergezeld door den nieuwen veldwachter aan. De secretaris, kort en dik, met een puntbuikje en schrale beentjes, droeg een paar lijvige registers; de veldwachter, in zijn groen uniform met glimmende knoopen, liep er lummelend naast. Zij groetten alle bei diep de twee heeren terwijl zij de stoep opklommen en verdwenen dadelijk in de gang van het Gemeentehuis.
Zie, daar is hij, die geduchte strijder voor het geloof! Hij snelt vooruit en zal den aanval doen.... daar waggelt eensklaps zijn groote blauwe tulband; de dwerg, door zijn drift medegesleept, is verward geraakt in de plooien van zijn lang kleed; hij wankelt op de trap en valt achterover op de hoofden zijner volgelingen, met zijn magere kromme beentjes spartelende in de lucht.
Dat was heel niet moeilijk; wij zaten er als branies; maar toen het beestje daarna probeerde zijn beentjes weder recht onder zich te trekken en daarbij sterk naar achter en naar voren overhelde, konden wij toch eenige vrouwelijke gilletjes niet onderdrukken.
Vooraf echter kwam de eerste dienaar van dien Vorst en gaf den Admiraal, uit naam van den Kazike, eenige geschenken. Tot die geschenken behoorde een gordel, waaraan gekleurde balletjes en kunstig bewerkte beentjes waren, en verder was er ook bij een houten menschenhoofd, met ooren, neus en tong van goud.
Meteen ging er nu een nevel uit den boom op, en recht midden in dien nevel, brandde het als vuur, en uit dat vuur vloog een prachtige vogel op; hij zong zoo heerlijk en vloog hoog op in de lucht; en toen hij weg was, stond de amandelboom weer zooals hij vroeger gestaan had, en de doek met de beentjes was weg. Maar Marleentje was zoo luchtig en blij, alsof haar broertje nog leefde.
Ik speelde nu wat minder hard, om het kind niet bang te maken en het spoediger bij ons te doen komen. Met de armpjes uitgestrekt en waggelend op zijn beentjes naderde het langzaam. Het kwam al dichter en dichter bij; nog enkele schreden en het was bij ons. Zijn moeder keek op, verwonderd zeker en ongerust misschien dat het niet bij haar was. Daar zag zij haar kind.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek