Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 14 juli 2025


Geoffrey werd naar de eetkamer gebracht en door den assistent van den dokter behandeld, en Beatrice naar de huiskamer waar de dokter zelf zijn zorgen aan haar wijdde. Binnen weinige oogenblikken was de kamer van allen behalve de helpers ontruimd, en begon het werk. De dokter zag naar Beatrice's van koude ineengekrompen gestalte en naar het schuim op haar lippen.

De dikke mist was verstikkend. "Ik geloof dat de lucht breekt, wij krijgen storm," zeide Beatrice, een weinig bezorgd. Nauwelijks waren die woorden over haar lippen, of de mist verdween van het geheele zeevlak. Geen spoor was er meer van te zien, en in plaats daarvan blies een sterke windvlaag hun in 't gelaat.

"Hoe wist ge dat ik uit was?" vroeg Beatrice, een weinig uitdagend. Hij behoefde haar gangen niet na te gaan. "Op tweeërlei manieren. Zie!" zeide hij, naar een strook wit zand wijzende. "Dat zijn, geloof ik, uw voetstappen." "En wat zou dat?" vroeg Beatrice, met een lachje. "Niets bizonders, alleen dat het uw voetstappen zijn," antwoordde hij.

In zulke oogenblikken was er maar één middel om haar tot bedaren te brengen: en dat was, Beatrice te laten roepen. En dan kwam Beatrice, nam die arme twee handjes in de hare en zag met haar kalme, doordringende oogen in dat vermagerd, van angst verwrongen gezichtje, totdat het kind weer stil werd, huiverde, en zich aan haar borst in slaap snikte.

Snel trok zij de blinden open, om bij het weinige licht, dat zij doorlieten, de kamer te doorzoeken. "Beatrice," riep zij, "waar ben je?" Geen antwoord. "Aha," zeide Elisabeth; "ik begrijp het. Eindelijk eindelijk!" Wat zou zij doen? Zou zij haar vader roepen en haar openlijk te schande maken? Neen. Beatrice zou wel terugkomen.

Hij begon langzaam wat al te bedaard, naar het Beatrice, die het hart op de tong had, toescheen maar toen hij ongeveer vijf minuten gesproken had, geraakte hij in vuur. En nu begon een van de merkwaardigste redevoeringen, die ooit in dat Parlement gehouden zijn. Geoffrey had vroeger goed gesproken, en zou later weer goed spreken, maar nooit had hij zoo goed gesproken als ditmaal.

Beatrice was nooit in Londen geweest, en zoodra zij het station verlaten had, bracht de rumoerige drukte van de groote stad haar in verlegenheid. Haar plan was te voet naar het Parlementsgebouw in Westminster te gaan.

Beatrice zat er stilzwijgend bij; haar kalme oogen staarden strak, en de anderen gevoelden hun hart door een onverklaarbare vrees bekneld, terwijl zij naar haar ondoorgrondelijk gelaat zagen. Wat was dat meisje voornemens te doen? Dat was de vraag, die zij zichzelven deden, hoewel elkander niet.

Zij is uitgegaan, om eenige bezoeken voor mij af te leggen en te zien of zij niet een paar pond kan innen van de tienden, die mij sinds drie maanden verschuldigd zijn. Als iemand die kan binnenkrijgen, is het Elisabeth. Adieu, als ge met Beatrice wilt spreken, die is opgestaan en daarbinnen. Gij zult elkaar wel bevallen.

Ik hoop dat er ergens een betere wereld is. Deze ben ik bijna moede, vooral nu Beatrice er niet meer is. Arm meisje, zij was een goede, lieve dochter! Vaarwel! Vaarwel!" Toen ging Geoffrey heen. Hoofdstuk XXXI. Het bal van de hertogin.

Woord Van De Dag

1195

Anderen Op Zoek