Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 19 juni 2025
»Wij hebben deze waarschuwing niet van noode," zeide Araspes; »maar wij kunnen bij Mithra bezweren, dat wij, nadat we van de jacht tehuis gekomen zijn, Bartja en zijn tuin geen oogenblik verlaten hebben."
Ik wil hiermede niet zeggen, dat de jonkman, gelijk de priester Amen-em-an gelooft, zich van magische middelen heeft bediend, om haar in liefde te doen ontgloeien; want zulk eene schoonheid en aanvalligheid als Bartja bezit, is zeker wel in staat om het hart van eene onschuldige jonkvrouw, die nog ternauwernood den kinderleeftijd is ontwassen, te veroveren.
Zaagt gij niet, dat hij zijne lippen aan bloed beet, toen Prexaspes hem den zegelring van onzen vorst toonde?" »In dezen man woont een hoogmoedig hart," voegde de gezant er bij. »Hij verliet ons zoo spoedig, omdat hij zijn toorn niet langer meester was." »Toch moet ik u verzoeken," zeide Bartja, »het gedrag van den satraap, wien ik grooten dank verschuldigd ben, voor mijn broeder te verzwijgen."
Zelfs de goden zijn mij vijandig, want zij ontrooven mij alles wat mij dierbaar is, schenken mij zelfs geen zoon, en onthouden mij den krijgsroem, die mij toekomt! Is dan Bartja zooveel beter dan ik, dat hem alles, wat ik missen moet, honderdvoudig ten deel valt?
»Ik heb u zwijgend aangehoord," antwoordde Cresus, »en moet u bekennen, dat ik, evenmin als gij, op dit oogenblik kan beslissen, of ik mij verheugen, dan wel of ik met deze liefde medelijden hebben moet. Cambyzes en Cassandane, de moeder van Bartja en van den koning, hadden reeds vóor ons vertrek den prins willen doen huwen.
De eene bode voor, de andere na, meldde de nadering van den vorstelijken overwinnaar. De straten vertoonden zich wederom in den rijksten feestdos. Het leger trok Babylon binnen. Bartja dankte het jubelende volk, en rustte weinige oogenblikken later aan de borst zijner moeder.
Had zij slechts eene levenslange gevangenschap te vreezen gehad, dan zou zij misschien voor de waarheid zijn uitgekomen; maar sterven, neen, sterven kon zij niet! En buitendien, zou de veroordeelde door hare bekentenis te redden zijn? Had zij zelve dan niet den ongelukkigen tuinmansjongen met een brief voor Bartja belast?
»Dat voorstel is zoo onaannemelijk niet," zeide Bartja. »Ook geloof ik, dat men ons op 't uiterlijk eer voor krijgers dan voor kooplieden zal aanzien." »Hierin zoudt gij u toch kunnen vergissen," antwoordde Gyges. »Zulk een Helleensch groothandelaar en scheepsgezagvoerder draagt de borst zoo hoog, als behoorde hem de gansche wereld toe.
Hij verhaalde den grijsaard opnieuw, op welke wijze zij te zamen den avond hadden doorgebracht, en bewees daardoor nogmaals de onmogelijkheid van Bartja's schuld. Daarop eischte hij dat Bartja, dien Cresus van trouweloosheid had beschuldigd, zelf zou spreken.
Verberg deze bloemen goed, en begeef u, zoo snel uwe krachten het u toelaten, naar het paleis van den koning. Zeg, dat gij vruchten voor de tafel brengt. Naast de wachtkamer der Onsterfelijken worden mijn arme broeder Bartja en Darius, de zoon van den edelen Hystaspes, gevangengehouden.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek