Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 20 juni 2025
Toen Noegoe, de dochter van den koning, wilde trouwen met Haoenaoe die aan het andere einde van de atol woonde, zei haar vader ja, maar McAllister zei neen, en het huwelijk is niet doorgegaan. Toen de koning een zeker eilandje in de lagune wilde koopen van den opperpriester, zei McAllister neen.
In de eerste hondenwacht werden recht in 't zuiden kokospalmen gesignaleerd. Hun gepluimde kruinen rezen uit het water en gaven de laag-liggende atol er onder aan. "Dat is Taengga", zei McCoy. "We moeten een briesje hebben vannacht, anders loopen we Makemo mis." "Wat is er nu weer met de zuidoost-passaat?" vroeg de kapitein nijdig. "Waarom blaast-ie niet? Wat scheelt 'm?"
Hij zag hoe de Aorai de zeilen kant naar den wind zette en uit de wal stevende, en hij had spijt dat hij niet aan boord was. Het schip zou er in ieder geval doorheen komen, maar de atol -Een zee sloeg er over heen, trok hem bijna van de been; en hij koos een boom uit. Toen dacht hij aan den barometer en liep terug naar het huis.
Raoul sloeg zijn eindje touw om den voet van een boom er naast en bleef staan kijken. De wind was ontzettend. Hij had nooit gedroomd dat het zóó hard kon waaien. Een zee schuimde over de atol en maakte hem nat tot aan zijn knieeën voordat ze terug week in de lagune. De zon was verdwenen, en een loodkleurige schemering spreidde zich over alles.
Op den bodem van de groote, effen lagune leefden veel pareloesters, en vanaf het dek van den schoener, achter den smallen ring van de atol, kon men de duikers aan het werk zien. Maar de lagune had zelfs voor een koopvaardij-schoener geen invaart.
Kapitein Oudouse moet door uitputting bezweken zijn, want verscheiden dagen later dreef zijn luik zonder hem aan land. Otoo en ik woonden een week lang bij de inlanders op de atol; toen werden wij opgepikt door den Franschen kruiser en naar Tahiti gebracht. Maar in dien tijd hadden wij plechtig onze namen verwisseld.
"Maar waarom waait het niet? dat wou ik wel eens weten," vroeg Raoul driftig. "Maak je niet druk, jonge man, maak je niet druk; je zult gauw genoeg meer wind hebben dan je lief is." Terwijl kapitein Lynch nog sprak, sloeg een geweldige watermassa tegen de atol. Het zeewater kolkte om hen heen, drie duim diep onder hun stoelen. Er kwam een zachte kreet van ontzetting van de vrouwen.
De schoener had mazelen aan boord gehad, en de zes mannen waren er opzettelijk aan blootgesteld. "Ja, een groote ziekte", ging Oti door. "Het was een machtige duvel-duvel. De oudste man van de atol had nooit van zoo iets gehoord. Onze priesters die nog leefden sloegen we dood omdat ze die duvel-duvel niet meester konden worden. De ziekte verspreidde zich.
Schip na schip was aan zijn eind gekomen op Oolong. Geen dertig jaren geleden was de walvischvaarder Blennerdale, die de lagune binnenliep om te repareeren, met alle hens buitgemaakt. Op dezelfde manier had de bemanning van de Gasket, een sandelhoutvaarder, den dood gevonden. Dan was er een groote Fransche bark, de Toulon, die overvallen werd door een windstilte voor de atol.
De Pyreneeën scheerde vlak langs de wal; de atol, witgewasschen door de branding, was nauwelijks twee kabellengten verwijderd. "Maak klarigheid om te halzen, kaptein", waarschuwde McCoy. En een minuut later brak het land in tweeën; een smalle invaart werd zichtbaar, en daarachter de lagune, een groote spiegel, dertig mijlen lang en een derde zoo breed. "Nu, kaptein."
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek