Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 23 oktober 2025
Ik heb meermalen hooren zeggen, dat het een wetenschappelijk vraagstuk is of apen kunnen lachen. Ik denk dat zij, die zulk een vraag gesteld hebben, kamergeleerden waren, die nooit een aap hebben bestudeerd.
Cyrus Smith toonde zich in het minst niet verwonderd over dit feit, en hij haalde verscheiden voorbeelden aan van tamme apen, die aan het gebruik van tabak gewoon waren. Maar van dat oogenblik af had Jup zijn eigen pijp, de afgedankte van Pencroff, die in zijn kamer opgehangen werd, bij zijn voorraad tabak.
"O, duizend pijpen! dat is sterk!" riep de matroos uit, Cyrus Smith aanziende. "Al te sterk!" mompelde de ingenieur, die naar de eerste ladder snelde. "Pas op, mijnheer Cyrus!" riep Pencroff; "zoo er nog een van die apen in is...." "Wij zullen zien!" antwoordde de ingenieur, zonder zich hierdoor te laten weerhouden. Zijn makkers volgden hem en een minuut later stonden zij aan de deur.
De levensmiddelen waren nog in goeden staat: de apen en andere stroopers hadden onze beschuit en ons gedroogd vleesch ontzien en de kisten met wijn waren nog ongeschonden; van het paard konden wij geen spoor ontdekken: het arme dier was waarschijnlijk dieper in het bosch ingegaan en daar gestorven, of misschien door de tijgers verscheurd.
Bijna onophoudelijk gingen wij door een dicht bosch vol groote zwarte apen, vogels en een soort eekhorens, die men hier boomratten noemt en tal van ander gedierte. Nu en dan piepten de Inlandsche huisjes door het dichte geboomte door. Het was een zeer mooie tocht.
En de berken, die in kleine groepen hier en daar op 't veld stonden, zij waren op zijn hoeve in hun paradijs. Zij groeiden daar op zooveel verschillende manieren, alsof ze afgesproken hadden andre boomen na te apen.
Benares met zijne afgoden en tempels, met zijne heilige rivier, zijne heilige apen, heilige koeien, heilige ratten en vooral met zijne bevolking en pelgrims, verwekte bij mij den indruk van een groot krankzinnigengesticht. Lang vóór ik er nog aan dacht, deze groote reis te maken, las ik eens in een geïllustreerd tijdschrift een artikel over Calcutta.
De Parsi ontweek hen zooveel mogelijk, daar hij hunne ontmoeting vreesde. Men bespeurde op deze reis zeer weinig dieren, slechts eenige apen, welke dan honderden sprongen en allerlei grimassen maakten en vluchtten, tot groot vermaak van Passepartout. Slechts ééne gedachte kwelde den armen knecht onophoudelijk.
Het menschachtig voorkomen van de Apen heeft te allen tijde in hooge mate de aandacht getrokken, en aanleiding gegeven tot meeningen over een andere en nauwere betrekking tusschen hen en de menschen, dan er tusschen deze en de overige dieren bestaat. De aard dezer betrekking werd vroeger geheel anders opgevat dan thans.
De wilden hadden nooit eenen aap gezien en dachten zeker dat dit vierhandige, roodbehaarde schepsel een hunner natuurgenooten was. Zij zelven zijn ook wel menschen! merkte Cornelia op. Ja.... maar dat is geen eer voor ons, zeide Cascabel. Na een oogenblik voegde hij er bij: Wel beschouwd, had ik zelfs niet mogen zeggen dat die wilden apen zijn.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek