Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 14 oktober 2025
IVe Zang, vs. 493, bl. 66, rl. 15 v. b. En helder licht straalde uit zijn boezem op hem af. B. had, meen ik, geschreven: "Een helder licht". IVe Zang, vs. 521 bl. 67, rl. 5 v. b. Verheug uw volken met uw aanblik weêr, en straal Ons gunstig toe. Ve Zang, vs. 35, bl. 72, rl. 4 v. b. Het hoofd hangt moedloos op de schouder.
Op bl. 64 en 67 hebben wij aangegeven dat de veranderlijkheid, de voorwaarde van allen vooruitgang, wegens de werking der traagheid, de bron is van alle kwaad, dwaling en onvolmaaktheid, terwijl die zelfde traagheid de voorwaarde is van alle bestendigheid.
Wanneer een bepaalde census voor de equites is vastgesteld, weten we niet, maar later bedraagt die 400.000 sestertiën van 2 1/2 as = f 40.000. Bij de lex Roscia theatralis van 67 werd deze census hernieuwd, en ook in den keizertijd is dit zoo gebleven. Wanneer de census gehouden werd, werden ook de equites gemonsterd, recognitio.
Ware dit feit berecht onder den herzienen Code van 1867 dan had de uitspraak naar gelang der omstandigheden anders kunnen zijn. Dit is toe te schrijven aan de wijze waarop de leer der hulpverleening in het Belgische recht thans is geregeld. Ik heb 't oog op art. 66 2o en 67 3o van den C. P. B. Ze luiden aldus: Art. 66 2o.
64 "Zoowaar moge uwe ziel nog lang uwe leden vergezellen," antwoordde gene toen: "en zoowaar moge uwe faam nog na u lichten, 67 zeg mij, heuschheid, en deugdelijkheid, verblijven zij nog in onze stad, zooals zij plachten, of zijn zij er ganschelijk uitgegaan?
58 Zijn aangezicht scheen mij zóó lang en breed als de pijn-appel van Sint Pieter te Rome; en naar verhouding daarvan waren de overige gebeenten. 64 drie Friezen zich kwalijk zouden hebben beroemd; omdat ik dertig groote palmen zag van die plaats nederwaart, waar de mensch zich den mantel gespt. 67 "Rafel mai amech zabialmi," begon de wreede muil te zingen, wien geen zoetere lofzangen voegen.
Hij is hier standvogel, maar zwerft, als het koud weder is en er sneeuw ligt, meestal rond. Zijn verbreidingsgebied strekt zich van 67° N.B. tot Palestina uit. Het veelvuldigst komt hij voor in het midden, zeldzamer in het oosten, zuiden en westen van Europa. In Duitschland, waar hij bijna overal gevonden wordt, bewoont hij bij voorkeur bosschen, doch ook wel gebouwen.
67 Ik was een man des zwaards en voorts droeg ik den koorden gordel, vertrouwende dat ik, aldus gegordeld, mijzelf zou verbeteren: en zekerlijk dat vertrouwen was in vervulling gekomen; 73 Zoolang ik gestalte was van het been en vleesch, dat mijne moeder mij gaf, waren mijne werken niet die van eenen leeuw maar van eenen vos.
64 De Gids: "Dan spreek van de andere slechten: kent gij er eenen onder het pek die uit Italië is?" En hij: "Zoo even 67 ging ik weg van éénen, die daar uit die buurt was: mocht ik daar nog zoo goed geborgen met hem zijn, daar ik noch klauw noch gaffel vreesde.
Onder deze aanhanger was ook een heele groep Zweden, die in Amerika gekomen waren om godsdienstige redenen, en die daar niet gevonden hadden wat zij er zochten. Met een gevolg uit 67 personen bestaande, kwamen zij in Jeruzalem terug, en nu ook hunne geldzaken in Amerika geregeld waren, konden zij zich beter inrichten, en een ware christelijke gemeenschap vormen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek