Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 21 juni 2025


Scriptores historiae Augustae, een zestal schrijvers uit den tijd van Diocletianus en Constantijn, met name Aelius Spartianus, Vulcatius Gallicanus, Trebellius Pollio, Flavius Vopiscus, Aelius Lampridius en Iulius Capitolinus.

De gids klom verwonderlijk vlug een kokosboom in en wierp van boven een zestal der vruchten neder. Zij waren van buiten groen en hunne melk vond ik de verfrisschendste en aangenaamste drank, die ik ooit geproefd had.

Groot was de schrik en ontsteltenis der Fransche ambtenaren hier te lande, toen de uitslag van dezen strijd in Holland bekend werd, grooter evenwel de blijdschap van het zoo lang onderdrukte Nederlandsche volk. Het Haagsche zestal meende nu een stap verder te kunnen gaan en zich de medewerking van een aantal personen uit de gezeten standen der maatschappij te moeten verzekeren.

Ze had er tegen opgezien om hum 'en gunst, alschoon in zien belang, af te vroagen; moar nou....! nou zij d'ellende zóó groot zag...., nou ze alles vond nog arger as ze van 't jungske verstoan had, nou had ze geen opzien of roarigheid meer, maar deed na de mededeeling, hoe Paul in haar huis kwam, met krachtige woorden het voorstel om den jongen aan hare zorg af te staan; den jongen, den eenig overgeblevene van een zestal, dat God hem in betere dagen geschonken had.

Ach, ik zeg je: nu eens hier en dan eens daar! antwoordde Bertie, met het eenvoudigste gezicht ter wereld en op nieuw netjes, zeer zorgvuldig, de pink in de lucht, slurpte hij zijn zestal oesters naar binnen, zonder een woord meer over de zaak. De season ging voorbij en Bertie bleef.

Nauwelijks had hij dit gezegd of eensklaps stormden uit het houtgewas een zestal kerels te voorschijn en grepen de paarden bij den kop; er vielen een paar schoten, de koetsier tuimelde van den bok en de twee lakeien achter van het rijtuig. De roovers rukten het portier open en begonnen de oude dikke dame met de diamanten er uit te werken.

Tot mijn schrik zag ik een zestal mannen met wijde mantels en groote hoeden voor me staan, waarvan er vier me vastgrepen toen ik een beweging maakte om naar den vliegtoestel te snellen, en twee dien toestel geheel vernielden, zonder blijkbaar te weten waarmee ze te doen hadden.

Was het Blanche Toulemaire, zij, de eenig overgeblevene van het gelukkige zestal, 't welk heden een zoo schoonen feestdag zou vieren? Ja. Uit haar bedwelming ontwaakt is ze voortgeijld. Waarheen? Ze weet het niet. Vurige slangen joegen haar voort; slangen die zich om haar leden kronkelden, en den ademtocht belemmerden. Waar zij een ganschen dag heeft getoefd dat weet ze evenmin.

En toen nu het zestal, na nog eenige oogenblikken vrolijk in de zaal te hebben doorgebragt, in het hen wachtende rijtuig stapte, bejammerden de meesten der badgasten het zeer, dat zulke heeren hen zoo kort hun aangenaam en onderhoudend gezelschap gunden. Bijna gelijktijdig met de zon hadden onze reizigers den togt van heden volbragt.

Twee of drie liepen en sprongen van het eene raam naar het andere met de vlugheid van clowns. Zij zochten zelfs niet de ladder weder goed te plaatsen, waardoor zij zoo gemakkelijk naar beneden hadden kunnen komen, en in hun angst hadden zij zeker het middel tot ontvluchting vergeten. Spoedig had men een zestal onder schot en de kolonisten gaven ook vuur.

Woord Van De Dag

verheerlijking

Anderen Op Zoek