Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 31 mei 2025
De door hen begeerde buit bestaat uit groote en kleine zeedieren, die tot zeer verschillende klassen van het dierenrijk behooren. Juist de grootste soorten gebruiken de kleinste zeedieren als voedsel, terwijl daarentegen juist de kleinere soorten de flinkste roovers zijn.
Zoo ook ontbreken zij in de tropen van het noordelijk halfrond, die toen onder water lagen. De steenkoolformatie is in sommige streken twaalfduizend meters dik; daarin overheerschen met de steenkool, zandsteen en zwarte leisteen, waarin als afdruksels de overblijfselen der plantenwereld voorkomen; in de kolenkalk vindt men alleen zeedieren.
Geen der Vischachtige Zoogdieren en zelfs geen der zeedieren in 't algemeen, hebben zoozeer de belangstelling gewekt van de dichters en de natuuronderzoekers der oudheid en aanleiding gegeven tot zulke gloeiende beschrijvingen en zonderlinge vertelsels als de Dolfijn.
De op blz. 154 gemelde egaliserende en de verscheidenheid bij de aardkorst wegnemende werking van het water is eene werking der wet van geschiktmaking, ofschoon zij de aarde voor ons menschen, maar niet voor de lage en een uniform leven leidende zeedieren onbewoonbaar tracht te maken.
Indien ik dierkundige was, zou ik met vele beroemde geleerden zeggen, dat de natuur ons op deze Aarde voorbeelden oplevert van dieren, ook levende onder omstandigheden die men er ver van geschikt toe zou achten; dat visschen ademen in een middelstof, voor de andere dieren doodelijk; dat de amphibiën in het water en op het land beide leven op een oogenschijnlijk onverklaarbare wijze; dat sommige zeedieren er op een verbazende diepte rondkruipen, gedrukt door een zwaarte van water, die ons verpletteren zou, een drukking van 50 of 60 dampkringen; dat sommige waterdiertjes, ongevoelig voor hitte of koude, evenzeer worden aangetroffen in kokende bronnen als in het ijs der poolzeeën.
Buitendien wordt alsdan de omzetting van dit kapitaal en dus ook de jaarlijksche rente er van grooter; doch, zoowel dit als die vormverandering van dit kapitaal, moeten noodwendig begrensd zijn. Zoo wegens deze oorzaak, waardoor het voedsel der zeedieren vermindert als, wegens het verjagen, zullen deze dan minder in aantal worden.
"Den 2en Juli," zoo verhaalt hij, "weerklonk plotseling van alle zijden het luid geroep "Grindaboed". Dit geschreeuw geeft te kennen, dat een der op zee aanwezige booten een troep Grindewalen ontdekt heeft. In een oogwenk was geheel Thorshaven in beweging; alle kelen herhaalden "Grindaboed"; de hoop dat men weldra weer aan een stuk grindevleesch zal smullen, veroorzaakte een algemeen gejubel. De menschen renden met zooveel haast door de straten, alsof er een landing van de Turken te vreezen was. Hier liepen er eenige naar de booten, daar kwamen andere met walvischmessen aandragen; ginds draafde een vrouw haar man achterna met een stuk gedroogd vleesch, dat zij hem als leeftocht wilde medegeven; kinderen werden omvergeloopen en uit puren ijver viel een van de visschers uit zijn boot in zee. In den tijd van tien minuten waren elf achtmansbooten gereed en stieten van wal; de pijjakkers werden uitgetrokken en de roeiriemen met zooveel ijver gehanteerd, dat de vaartuigen als pijlen vooruitschoten. Wij begaven ons naar den ambtman, wiens booten en manschappen gereed waren om te vertrekken; vooraf gingen wij met hem op de schans om van hier te zien waar de Grindewalen zich bevonden. Door onzen verrekijker ontdekten wij de beide booten, die "Grinaboed" aangekondigd hadden. Nu verhief zich bij het naastbijgelegen dorp een hooge rookkolom; onmiddellijk daarna verscheen er ook een op een naburigen berg; overal zag men vuursignalen; naar alle plaatsen in de buurt werden boden gezonden; het fjord wemelde van vaartuigen. Wij gingen aan boord van het jacht van den ambtman en hadden weldra de overige ingehaald. Nu zagen wij den troep Grinden, die door de in een halven kring geschaarde booten van de open zee afgesloten werd. De op deze wijze omsingelde zeedieren, werden door 20
Zij hadden nimmer zeilschepen gezien, en later bleek het, dat ze de schepen voor reusachtige waterdieren hielden, die niet alleen zwemmen, maar ook vliegen konden. De zeilen waren dan hunne vleugels, en in dat geloof moesten ze wel versterkt worden, als ze zagen hoe die »zeedieren«, als ze ophielden met zich voort te bewegen, de vleugels sloten.
Het gezicht, het gehoor en het gevoel zijn hunne meest ontwikkelde zinnen. Zij hebben, naar het schijnt, zwakkere geestvermogens dan hunne Tandendragende verwanten. Alle Baardendragende Cetaceën zijn vreesachtig, schuw en tot vluchten geneigd; zij leven daarom onderling en waarschijnlijk ook met de meeste andere zeedieren in vrede.
De bedding der stroomen wordt al meer en meer uitgegraven. De dieren, die gevlucht zijn naar hooge bergvlakten en in holen, planten zich toch geregeld voort. Velen zijn het slachtoffer van de woede der elementen; toch volgen de soorten op elkander evenals in de vorige perioden. De zeedieren, ongevoelig voor alle beroeringen der aarde, zetten hun rustig bestaan voort op den bodem der wateren.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek