Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 2 juli 2025
Voor het aan elkaar naaien der kleedingstukken diende een penneschacht of een geslepen stuk been van een gevallen vijand als naald, en de mantels werden met een naald van beren of van walvischtand of van been of groenen steen op den rechter schouder bevestigd." Het zal den lezer niet ontgaan zijn, dat Fregear in het hierboven gedrukte citaat den verleden tijd gebruikt.
Niet dan nadat John Starhurst en Naraoe naar bed waren gegaan kroop Erirola het huis van het dorpshoofd binnen, en overhandigde hem, na een diplomatieke redevoering, den walvischtand. Het oude dorpshoofd hield den tand heel lang in zijn handen. Het was een mooie tand, en hij wilde hem erg graag hebben. Ook raadde hij het verzoek dat er achter zat.
De Boeli van Gatoka, zittend op zijn beste mat, omgeven door zijn hoplieden, drie vliegenjagers achter hem aan het werk, verwaardigde zich uit de hand van zijn heraut den walvischtand te ontvangen, die hem werd aangeboden door Ra Vatoe en die in de bergen was gebracht door zijn neef Erirola.
"Het is de walvischtand van Ra Vatoe," fluisterde hij Starhurst in. "Ik ken hem goed. Nu is het met ons gedaan." "Dat is gunstig," antwoordde de zendeling, en hij haalde zijn hand door zijn langen baard en zette zijn bril recht. "Ra Vatoe heeft gezorgd dat wij goed ontvangen zouden worden." Maar Naraoe kreunde opnieuw, en schoof weg van de hielen waar hij zoo trouw achter aan had geloopen.
Die tand was eveneens eigendom van Ra Vatoe; en wanneer er op Fidzji een dergelijke tand rond gaat, gebeurt er gewoonlijk iets. Want dit is de kracht van den walvischtand: Al wie hem aanneemt kan het verzoek dat er mee gepaard gaat of er op volgt niet weigeren.
Deze kano was ook eigendom van Ra Vatoe. In die kano was Erirola, de neef en vertrouwde schildknaap van Ra Vatoe; en in het kleine mandje dat nooit uit zijn hand kwam, was een walvischtand. Het was een prachtige tand, volle vijftien duim lang, en mooi evenredig gevormd; en het ivoor was geel en paars geworden van ouderdom.
"Ik heb drie jaren lang gewerkt op Fidzji, en ik heb het niet gedaan om er voordeel mee te behalen. Ik ben hier onder u om uw bestwil. Waarom zou iemand mij dooden? Niemand zal daar voordeel van hebben." De Boeli keek eens naar den walvischtand. Hij was goed betaald voor de daad. De zendeling was omringd door een dichte massa naakte wilden, die allen vochten om hem te pakken te krijgen.
De verrukking over den walvischtand verdween uit de oogen van den Boeli, en hij keek aarzelend om zich heen. Maar hij had den tand aangenomen. "Een kleinigheid als een zendeling komt er niet op aan", bemoedigde Erirola. "Neen, een kleinigheid als een zendeling komt er niet op aan," antwoordde de Boeli, die zichzelf weer was. "Mongondro zal de laarzen hebben.
Een mijl achter hem aan zwoegde Erirola, de walvischtand in het mandje over zijn schouder geslagen. Twee dagen volgde hij den zendeling, en bood den tand aan de verschillende dorpshoofden aan. Maar dorp na dorp weigerde den tand. Hij volgde zóó snel op de aankomst van den zendeling dat zij het verzoek raadden dat er gedaan zou worden, en zij wilden er niets mee te maken hebben.
"Neen, maar kostbaarder dan walvischtanden is de " "Het is gewoonte tusschen opperhoofden om walvischtanden te sturen," onderbrak de Boeli. "Je opperhoofd is òf een gierigaard, óf jij bent een dwaas, om met leege handen in de bergen te komen. Zie, een grootmoediger mensch is je vóór." Terwijl hij dat zei, liet hij den walvischtand zien dien hij had aangenomen van Erirola. Naraoe kreunde.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek