Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 20 juli 2025


En zie een blauw' en een gouden vonk" en zoende haar op haar mond. Zij bloosde: "Die meneer keek net." Dat was de eenigste keer dat 't dichtertje zijn leven voelde leven in 't hoofd van een ander mensch en toen werti nog verlegener dan 't meisje en bloosde ook en gaf een kwartje aan den man die geld kwam ophalen voor de muziek.

"Welke bevelen zal Uwe Hoogheid mij geven?" vroeg Van Kinschot, met een droefgeestig oog den Stadhouder aanstarende. "Geene! volstrekt geene! zoo er nog één vonk gevoel in den verrader is overgebleven, zal hij mij om vergiffenis komen smeeken;.... in het omgekeerd geval wil ik hem den tijd laten, zich door de vlucht te redden."

En die noodlottige vonk, welke de dynamietpatroon al meer en meer naderde!.... Voorzeker, wanneer de aandacht der bemanning niet zoo ingespannen bezig was gehouden, zou een hunner het zwakke geknetter vernomen hebben, dat in de roef gehoord werd. Misschien zou de reukzenuw van een hunner de lucht van verbrand kruit opgevangen en zou de man zich daarover verwonderd hebben.

"Ik geloof dat gij u misgrijpt", wedervoer jonkver Sneloghe, "want toen ik hem dezen morgen van den balfaart sprak en de Kerels beklaagde, ontschoot eensklaps eene vonk van verontwaardiging zijnen oogen, en met eenen spotlach op de lippen, riep hij uit: "De balfaart? Nooit, nooit!"

Geen wonder ook, dat het streng verboden was op straat een pijp te roken. Zeelieden, vooral, als ze half dronken waren, gingen wel eens wat roekeloos om met hun pijp en een enkele vonk was genoeg om de rieten daken in 't droge seizoen in brand te steken, zoals men in 1710 te Stellenbosch tot zijn schade ondervond.

In den geest van Willem was de onfeilbaarheid van den dood zijns ooms eene zoo sterke overtuiging, dat hij niet de minste vonk der hoop had behouden. Jakob Mispels scheen vernietigd; hij had zich het aangezicht met de handen bedekt, uit vreeze van ijselijke dingen te zien, en zat diep voorovergebogen als iemand, die zich zoo klein mogelijk maakt en den rug biedt aan de slagen des vijands.

Nu nog is het heden der genade. En zoo ge voor die vonk maar een oog hebt, en terstond het spatten van die vonk op uw eigen ziel of op de ziel uwer kinderen ziet, en er is toevluchtnemend geloof, en de smeeking gaat uit, dan is er ook voor u en voor uw kind nog redding. Nu kan die vonk en die brand der zelfvernielinge nog worden gebluscht.

En nu, zoo is ook uw hart, en daarom betaamt ook u zoo het uiterste der voorzichtigheid. Of erger nog, eens komt de ure, dat al uw voorzichtigheid u niet meer baten zal. Die ure, waarvan Jesaja roept, dat vlas en vonk zal branden, en dat er niemand is, die blusschen kan. De vreeslijke ure van het »onuitblusschelijk vuur«, dat eeuwige vuur in de buitenste duisternis.

Welk een teedere klank in die stem, welk een levendigheid en vuur! En daarbij toch zoo vorstelijk in al hare bewegingen. Maar ik wil de vonk, die misschien reeds in uw hart gevallen is, niet aanwakkeren, maar uitdooven. En dat tooneel, die comedie, die zij te midden van den bloedigsten ernst voor mij vertoonde!"

"En waarvoor zijn dan de priesters die hun zending van vrede en menschenliefde verkondigen? Zou 't verdienstelijker wezen het hoofd van een kind met water te bevochtigen, het zout te eten te geven, dan in 't verduisterde geweten van een misdadiger de vonk aan te blazen die God ieder mensch heeft gegeven om 't goede te zoeken?

Woord Van De Dag

bakels

Anderen Op Zoek