Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 1 november 2025


Dichtbij komen de visschers aan, en trekken hun prauwtjes op het strand. In de vroege morgen-uren vooral is het hier bont van menschen. Het is het volk op straat aan te zien hoe sterk gemengd zijn afkomst is.

De beroemde nederlaag van de onoverwinnelijke vloot, die de vernietiging der zeemacht had na zich gesleept, gaf de stad onverdedigd over aan de invallen der Engelschen, die er in 1596 groote verwoestingen aanrichtten. Dat verleden is nu gelukkig niet meer dan een verre herinnering, en de rustige hoofdstad wordt bewoond door een bevolking van visschers en landbouwers.

Ik geloof dat dertig seconden de gemiddelde tijd is, dat zij onder water kunnen blijven, en zij zich haasten om alle pareloesters, die zij kunnen lostrekken in een netje te steken; maar over het algemeen worden die visschers niet oud; hun gezicht wordt zwak, zij krijgen zweren aan de oogen, en wonden over het geheele lichaam, soms zelfs worden zij onder water door een beroerte getroffen."

Behalve de moeilijkheden tusschen de armen en de rijken, waren er voortdurend drie partijen, die aanhoudend met elkander twistten: de bevolking der vlakten, die woonde in de meest vruchtbare landstreek; de menschen, die aan de kust woonden, die dus dicht bij de zee leefden, en visschers en handelslieden waren; en de bergbewoners of schaapherders, die woonden aan de ruwe hellingen der heuvels, waar zij hun kudden weidden.

De visschers waren lieden van Fou-Ning. Op nog geen twee mijl afstands bevond zich de haven die Kin-Fo wilde bereiken. Nog dienzelfden avond te acht uur, stapte hij met zijne kameraden aan wal en zich ontdoende van de toestellen van kapitein Boyton, hernamen zij hunne menschelijke gedaante. Waarin Craig en Fry met bijzondere voldoening de maan zien opgaan. »Nu naar den Taï-ping!"

Als de eerste weken van September daar zijn en de temperatuur iets minder warm is geworden, verlaat het hof Cintra voor het fort Cascaes, en de villa's, die gesloten worden langs de heuvels, worden weer geopend aan de zee. Cascaes was dertig jaren geleden slechts een gehucht van visschers, op zes mijlen afstands van Lissabon, aan het uiteinde van de groote baai, waar de Taag in uitmondt.

Toch verklaarde onlangs een Noorsch vischgeleerde, die voor eenige jaren in 't belang van z'n vak 'n reis deed langs de stranden van Europa, dat de Hollandsche visschers volstrekt niet op de hoogte hunner kunst stonden. Ik nu kan niet beoordeelen of deze man gelyk had. By analogie met andere vakken welker beoordeeling wel eenigszins onder m'n bereik valt, mag ik gissen dat-i de waarheid zei.

Concarneau gelijkt teveel op een deftige badplaats; maar als men het plaatselijke leven nagaat, is het bestaan der visschers altijd interessant. Ruwe, sterke heftige mannen zijn het, die soms een wedstrijd houden met volle booten, om maar het eerst hun visch te verkoopen. Daarna wordt alles weer kalm, als de booten op een rij liggen in de haven, en de netten drogen.

Alleen de wachters waken. Den anderen dag, Zondag den tienden van Oogstmaand wordt in den vroegen morgen de kerkklok te Schevelingen al geluid. De eenvoudige visschers gaan met vrouw en kind naar het huis des Heeren en smeeken daar van God den zegen op onze wapenen af. Midden onder het gebed klinkt een dof gerommel. Er komt beweging in de kerk! Zou 't een opkomend onweder zijn?

Toen Dionysius dien zelfden Aristippus in 't aangezicht gespogen had en zijn vrienden hem verweten, dat hij zich zulks niet aantrok, antwoordde hij: "De visschers laten zich wel van 't hoofd tot de voeten door 't zeeschuim bespatten om een ellendig bliekje te vangen."

Woord Van De Dag

kei

Anderen Op Zoek