Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 4 juni 2025


Bij oogenblikken keerde hij zich om en overtuigde zich vol bezorgdheid of de zee nog wel altijd afnam. "Zijt gij zeker dat zij zich terugtrekt?" vroeg hij aan Hector. Deze vergenoegde zich met een hoofdnikje. Wat hem betreft, hij vischte dapper voort, als iemand die de juiste plekken kent. Zoo vaak hij zijn net ophaalde, had hij dan ook handenvol garnalen.

Het meisje sprak tegen den visscher: "Wilt gij verdienen uw loon, Werp dan je net in het water En visch mij dien Koningszoon." Het eerste wat of hij vischte, Dat was een Koningszoon, Zij kuste zijn roode lippen, Zij kuste zijn rooden mond. Zij nam hem op haar armen, En droeg hem aan den kant van de zee, Zij zegt: "Adieu, nu willen wij varen, En 'k vaar altoos met je mee".

Hij stapte in de rivier en vischte er een doos uit, die hij mee naar huis nam en daar opende. Tot zijn onuitsprekelijke verbazing vond hij in de doos twee jongens met gouden haren. De jager had zelf geen kinderen; hij nam daarom de tweelingen aan, die hij uit het water had opgevischt, en bracht ze groot, alsof het zijn eigen zoons waren geweest.

Hij bedacht zich niet lang, sprong op een stuk van een plank, die tusschen de biezen in was geschommeld, vischte een stokje op, en begon zich door het ondiepe water naar den oever te boomen. Nauwelijks was hij aan land gekomen, of hij hoorde iets naast zich in 't water plassen.

Juist, toen het oproerige scheepsvolk wanhopig begon te worden, kreeg men het onbetwistbare bewijs dat er dichtbij land was. Andere bossen gras vond men, zooals aan de kanten van rotsen en rivieren aangetroffen wordt. Men vischte een tak van een meidoorn op, waaraan nog groene blaadjes en bessen zaten.

Bij zoo'n gelegenheid vischte de moeder, die grooter en sterker is dan het mannetje, langs de kust, waar ze haar jongen hooren kon en een oogje op ze houden; terwijl het mannetje het meer over zeilde naar de forellenkolken in de monding der beek, waar de zwartvisch zat, om er een beter vischwater te zoeken.

Vroeg men aan de Dajaks: "Wie roeit van jelui het beste?" Zonder aarzelen zeiden allen: "Tamantojan". Vroeg men achtereenvolgens aan hen, wie van hen het beste zwom, vischte, dook, boomen klom, kon hardloopen, kon springen enz., telkens weer was het: "Tamantojan". 't Was dan ook een juweel; met het vroolijkste gezicht van de wereld haalde hij de onmogelijkste braniestukjes uit. 8 Juni.

Ze waren nog jong en heel kleine, lijk blinkende bames-pruimen, de muizekes, maar morgen moesten ze proeven van de nieuwe vrucht, dat was gebruik op Sint-Jan. Hij weerde 't wakke loof en zocht dieper; de mulde eerde stroelde tusschen zijne vingers en zoo vischte hij de mande vol jonge aardappels.

En hij hoorde eene stem als een ademtocht fluisteren: "Zoek in dood, puinen en tranen". En hij ging voort. In de Lentemaand kwam Uilenspiegel te Namen. Hij vond er Lamme, die groot liefhebber geworden was van visch uit de Maas en hoofdzakelijk van forellen. Hij had een boot gehuurd en vischte in den stroom met toelating van de gemeente.

Ze schrikte, vischte het kaartje met duim en vinger uit de saus, zei: „Jaan, wat gebeurt je nouen likte met kloppend harthaar beeltenishaastig af. Wat moest dat beteekenen? Zij begon over haar geheele lichaam te beven; de zenuwen werden haar de baas, zoo zelfs, dat ze een oogenblik niets hoorde of zag.

Woord Van De Dag

innewaerts

Anderen Op Zoek