Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 9 mei 2025


Prins Willem Hendrik, die een aartsliefhebber van schaatsenrijden was en zich gaarne op den Vijver voor het Binnenhof met die kunst vermaakte, had zich met zijn goeverneur, zijn page Jan Theodoor Baron van Freisheim, zijn kamerdienaar en eenige lakeien naar het veldijs begeven, reeds zwart van de menigte van schaatsenrijders; niet om de vlugge wendingen aan te zien, maar om zelf zich met rijden te vermaken.

Wanneer Uwe grootmoeder, hare Hoogheid de Prinses-weduwe, van hare reis terugkomt, zal zij zeer ontevreden zijn als zij hoort, wat Uwe Hoogheid gedaan heeft." "Dunkt Uwe Edelheid dat?" vervolgde de Prins op denzelfden onderworpen toon. "Ik kom U slechts waarschuwen," hernam De Witt. "Men heeft aan Uwe komst op het veldijs zeer verkeerde bedoelingen toegedicht.

Zoodra dus Zijne Hoogheid met zijn gevolg op het veldijs gekomen was, ging hij op een stoel zitten en werden hem de keurige, fijne, met zilver en ivoor ingelegde Friesche schaatsen aangebonden, welke hij van zijnen oom Willem Frederik, Stadhouder over Friesland en sedert 1650 ook over Groningen en Drente, ten geschenke had ontvangen.

Het is te fatiguant voor Haar gestel." "Dunkt Uwe Edelheid dat?" hernam de Prins onderworpen. "Daarenboven past het Uwe Hoogheid weinig, zich met den grooten hoop op het veldijs te amuseeren. Waartoe toch is anders de Hofvijver alleen voor U en Uw gevolg?" "Maar het ijs op den Hofvijver is nog te zwak." "Dan moet Uwe Hoogheid wachten tot het sterk is.

Hij is een knap timmerman en heeft verleden jaar met de stormen vrij wat dienst bewezen. Ook geloof ik, dat er moed onder zijn matrozenbuis steekt." "Moed, Admiraal? Meer dan Uwe Edelheid misschien denkt." En de Prins verhaalde hem, wat er met Pieter op Hondsholredijk en op het veldijs gebeurd was. "Inderdaad dat zijn trekken van groote courage en onversaagdheid, die veel beloven.

Het zou waarlijk te veel eer voor mij zijn, mijnheer De Witt. Ik begrijp niet, wat voor belang zij er bij kunnen hebben, of ik op den Hofvijver of op het veldijs mij met schaatsenrijden vermaak." "Ook heeft Uwe Hoogheid geld onder het volk uitgedeeld en men heeft seditieuze woorden geuit, en over U gejuicht."

Wraakzucht is nooit zijn zwak geweest." En de Prins verhaalde het gebeurde op het veldijs. "Gij ziet, mijnheer de Schout," hernam de Pensionaris, "dat er hier premissen bestaan, die genoeg prouveeren, dat naar alle waarschijnlijkheid de misdaad niet is gepleegd door den beklaagde: omdat er sprake is van moord met voorbedachten rade. Mijns erachtens moogt gij de pijnbank niet appliceeren ."

"Freisheim!" zeide de Prins tot zijnen page, toen hij, na een geruimen tijd gereden te hebben, eenige oogenblikken stil stond. "Wij moesten eens om het zeerst naar gindschen molen rijden, ?" "Uwe Hoogheid zij indachtig, dat er gevaar bij dien rit is. De molenslooten zijn dikwijls met wakken." "Wij kunnen er over het veldijs naar toe," antwoordde de Prins.

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek