United States or Dominican Republic ? Vote for the TOP Country of the Week !


Bovendien is het bekend, dat in Februari 1603 de uitgever Roberts zich, door inschrijving in de registers van den boekhandel, het recht tot uitgaaf verzekerd heeft van een tooneelwerk, getiteld "Troilus en Cressida, zooals het gespeeld is door de dienaren van den Lord Kamerheer", d. i. door het tooneelgezelschap, waartoe Shakespeare behoorde.

Wel is er een verhaal in omloop geweest, dat hij eerst met het toezicht op de paarden der voorname schouwburgbezoekers belast was en zich zoo wel van die taak kweet, dat hij er weldra handlangers op na moest houden, die zeer gewild waren en onder den naam van Shakspere's boys bekend stonden, doch of dit verhaal eenige waarheid bevat, is niet te zeggen . Even goed kan men vermoeden, dat zoowel zijn bekendheid met tooneelspelers uit Warwich als zijn begaafdheid hem terstond bij genoemd gezelschap deden aannemen; hij zal als speler zijn opgetreden en waarschijnlijk zich zeer spoedig niet alleen hierin, maar ook door zijn inzicht in de waarde van stukken en door het aan de hand doen of aanbrengen van verbeteringen of door het op nieuw bewerken van oudere stukken onderscheiden hebben, zoodat hij weldra zelf zijn krachten aan het schrijven van een tooneelwerk durfde beproeven.

Hij was de taal goed meester en kon bevallig en boeiend schrijven, zoodat Thomas Nash hem in 1587 als primus verborum artifier, een eersten beheerscher der taal, roemde. Als zijn beste tooneelwerk wordt zijn "David en Bathseba" geroemd, waarvan de volledige titel is: The love of King David and fair Bethsabe, with the tragedy of Absalon.

Shakespeare treedt af van het wereldtooneel. Kort nadat Shakespeare aan het slot van zijn laatste tooneelwerk zijn tooverstaf uit de hand had gelegd, zeide hij, waarschijnlijk in 1613, de wereldstad Londen vaarwel om zich voor goed in zijn kleine geboorteplaats, Stratford aan den Avon, te vestigen.

Gaven zij dikwijls gaarne de verzekering dat zij hun werk niet als verbindend willen beschouwd hebben, zij zullen, ik ben er zeker van, ook deze afwijking waar men die volgt, gaarne eerbiedigen. En nu ten slotte die vele vragen naar aanleiding van de schier algeheele afkeuring van mijn jongste tooneelwerk aan de eene, en het buitengewoon groot succes er van aan de andere zijde.

Elk kunstenaar, die het leven leeft, is dat verplicht aan 't Leven: niet voort te brengen een werk, dat vertoont den tijdelijken verschijningsvorm er van, maar een werk te scheppen, dat geeft het eeuwig blijvende. Vandaar ook, dat het meeste tooneelwerk van den tegenwoordigen tijd mij schijnt te facetteeren afschijningen van het leven, niet te raken de kern.

Let men op den ernstigen achtergrond er van, op het gevaar, waarin de oude vader verkeert, op het verschil in karakter zijner twee zoons, een verschil dat ook, hoewel in geringere mate, bij hun slaven valt op te merken, op het karakter van de vrouw des eenen broeders en dat van haar zuster, op de eenvoudige, natuurlijke wijze, waarop de verwikkelingen ontstaan, op de poëtische schoonheden van verscheiden gedeelten, b.v. van het episch breede verhaal van den vader, waarmede het stuk begint, van de gesprekken tusschen de beide zusters en tusschen Luciana en haar vermeenden zwager, dan moet men erkennen, dat de jeugdige dichter een belangwekkend en boeiend, een voortreffelijk tooneelwerk heeft geleverd.

Zulk een stuk geeft den Titus Andronicus niets toe in bloederigheid. Het wordt bovendien nog opgeluisterd door een stomme vertooning, een pantomime, dumb show, een vreemde toevoeging aan een tooneelwerk, die toen zeer in zwang was; men vindt er gebruik van gemaakt in den Pericles, en in het tooneelstuk, dat Hamlet ten hove vertoonen laat.

Naar aanleiding van eene namens ged. gemaakte opmerking, dat de eischers met hunne hierboven aangehaalde woorden: "behoudens eenige wijzigingen" zelven zouden erkend hebben, dat het door ged. opgevoerd tooneelstuk "Krates" niet hetzelfde was, als het in de dagvaarding bedoelde, overwoog de rechtbank o. a.: "dat 't toch van den aard der wijzigingen afhangt, of men te denken heeft aan hetzelfde tooneelwerk of aan een ander;

Wondervol noemde ik Shakespeare's schepping; inderdaad, wien is het ooit gegeven geweest, een tooneelwerk zoo te doordringen van een zuidelijken gloed? Welk een betoovering oefent Julia uit, dat ook de onschuldige aanleiding van den noodlottigen afloop, de haar als echtgenoot opgedrongen Paris, in het grafgesticht der Capulets moet vallen!