Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 8 juni 2025
En Lamme, meer en meer opgewonden, vervolgde: Ja, ik bezit genoeg voor uw drie magere hennen, uw vier schurftige kiekens en dien grooten dwazerik van een pauw, die met zijn morsigen steert het neerhof ginds ronddwijlt.
Onder de klare vlakte deed een salamander lui waggelen haren kronkel-krommen steert.... Ze stonden naderhand recht en, hand in hand, huppelden verder, zat van 't schoone licht en bedwelmd door den struischen reuk der meerschen. Hunne vingeren waren ineengehaakt en ze blikten benedenwaarts in 't diepe gers, waaruit, bij elken stap, een zwerm gevleugelde dierkens opwolkte en uit mekaar stoof.
't Schemerde entwat in den ledigen sliet; de man lag als een vormelooze, zwarte fakel, zijne oude muts hing over de schouders voorwaards tusschen de opgetrokken knieën en de armen daarrond gekruist; Ghielen lag lijk lange dood en zonder hoofd ineengezonken, moe van waken bij dat groot achterlijf van de koe dat wit vlekte nu met den steert die rustig rondkwispelde. Ghielen zijn mutse hief.
Eenigen van die namen, aldus van eenen latynschen steert voorzien, zijn tot den dag van heden als geslachtsnamen in wezen gebleven. Sommigen daar van zijn in dit werk reeds genoemd: Bakkerus, Brouerius, Costerus, Cramerus, Cuperus. Anderen zijn nog: Scrinerius, van schryner, schrijnwerker of kastmaker.
Hij loech als Vinie met zijne boodschap voor den dag kwam: Boer 'k brenge u hier een kerel die wenscht uwen stal te zien en een veulen wil koopen als ge hebbelijk zijt. Maar de boer en had geen oogen genoeg voor den zwarten hengst die glimmend bleusde van 't loopen en zoo zwierig forsch met de pooten kapte en hoog den kop droeg en den steert.
Eindelijk kon het dier niet meer voort, het begon erbarmelijk te balken en te stampen, en hield maar op om onder zijn steert te zien of het vuur, dat er brandde, niet haast gebluscht was. Maar de kwezelaars vochten voort en zonder aan hen te denken, scharrelden de monniken het geld bijeen, dat uit de schaal gevallen was. Uilenspiegel hielp devotelijk mee, doch niet zonder profijt.
Ik kan niet nalaten nog op enkele waardevolle raadsels te wijzen, waarin zoo menige trek van dichterlijke natuurbeschouwing en gevoel voor het landschappelijk-schoone spreekt: 22. Oude, grijze, grauwe, Staat alle nachten in de dauwe, Heeft vleesch noch bloed En is voor alle menschen goed. Achter molens duun Dèr leit in oud peerd bruun, Zonder kop en zonder steert, Al syn ribben leggen verkeerd.
Hij mat meer dan de lengte van de uitgestrekte armen eens mans, gemeten van de uiterste top van middelvinger tot middelvinger, en zijn kop was bijkans zoo groot als de breedte van een mannenborst van schouder tot schouder. Als een maliënkolder was zijn sterk, geschubd lijf, en zijn steert beukte tegen den vloer met het geweld van eenen hamer.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek