United States or Barbados ? Vote for the TOP Country of the Week !


Ten slotte, toen niemand dan Sigmund in leven was, dacht Signy een plan uit, en zij kreeg van een harer dienaren gedaan dat deze wat honig in het woud bracht en dien over het gezicht en den mond van haar broeder smeerde. Toen het wilde beest dien nacht kwam, aangetrokken door den geur van den honing, likte het Sigmunds gelaat, en stak zelfs zijn tong in zijn mond.

Als zij op bevel van Odin zijn zijde verliet voor tooneelen van menschelijken strijd, was het om nieuwe recruten voor het leger te zoeken dat haar heer ten strijde moest voeren als Ragnarok, de godenschemering, komen zou. De dood van Sinfiotli. Sinfiotli, Sigmunds oudste zoon, stierf ook vroeg; want, nadat hij in een twist den broeder van Borghild had verslagen, besloot zij hem te vergiftigen.

Sigmunds wraak. Zoodra zij vrij waren, keerden Sigmund en Sinfiotli naar de hal van den koning terug, hoopten er ontbrandbare stoffen om heen op en staken die massa in brand. Toen stelden zij zich op aan beide kanten van den ingang en beletten allen behalve de nonnen den doortocht.

Haar besluit was genomen, en zij riep een schoone jonge heks en ruilde met haar van gestalte, waarna zij de diepten van het donkere woud opzocht en een schuilplaats zocht in Sigmunds hut. De Volsung ontdekte de vermomming van zijn zuster niet. Hij hield haar slechts voor de heks die zij scheen, en spoedig door haar coquetterie gewonnen maakte hij haar tot zijn vrouw.

Maar veranderd was Sigmunds uitzicht en de moed verliet zijn blik Want de grauwe sterke helper was weg, en tot zijn schrik Drong d' ongebroken speerschacht op Volsungs leege hand En velde neder Sigmund, het wonder van ieder land, Op de krijgers, op de gewonden, die dien dag hij had neergeleid.

Dan stieten op elkander de sneden bij Sigmunds stoot; En in splinters viel ter aarde de brenger van angst en dood.

'k Heb eerlijk gewerkt voor de Volsungs en toch wist ik al te goed, Dat een het zal voleinden die mij overtreft in moed: Men zal de splinters smeden voor hem, het zal zijn mijn zoon Die gedenkt wat ik heb vergeten en zet op mijn werken de kroon. Elf, de Viking. Terwijl Hiordis treurde over Sigmunds levenloos lichaam, waarschuwde haar dienstmeisje haar plotseling dat een bende Vikings naderde.

Toen kwam een groote stilte, en Sigmunds zoon vol moed Stond op d' oneffen vlakte, waar vloeide Fafnir's bloed, En de slang lag aan zijn voeten, dood, en zwaar en grauw, En over de Lichte Heide scheen de zon uit 's hemels blauw, En een windje volgde de zon en blies lang het doodsche zand Zoo frisch als het rimpelt het zeevlak en buigt het korenland.

Doch zie, door de haag van de lansen een sterke held aankwam, Eenoogig en schijnbaar oud reeds, maar zijn aangezicht lichtt' als een vlam, Stralend grijs was z'n wambuis en wolkig blauw zijn hoed, En hij droeg een groote helbaard, toen hij schreed door de pijlen vol moed, En stond tegenover Sigmund, zijn wapen geheven ten slag, Nog eens om het hoofd van den Volsung men het Branstock's licht glanzen zag Het zwaard dat kwam van Odin, en Sigmunds wilde gerucht Ging boven het woelen der krijgers op naar de hooge lucht.

Sigmund zette Borghild als zijn vrouw en koningin tot straf voor haar misdaad af, en toen hij zeer oud was, dong hij naar de hand van Hiordis, een schoone jonge prinses, dochter van Eglimi, koning van de Eilanden. Deze jonge maagd had vele vrijers, o.a. koning Lygni van Hundings geslacht, maar zóó groot was Sigmunds roem, dat zij hem verheugd aannam en zijn vrouw werd.