Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 13 juli 2025


Jean Valjean antwoordde: "Neen, nog niet." "Ge hebt hem dus van de barricade hierheen gebracht?" merkte Javert op. Hij moest wel zeer in gedachten verdiept zijn, daar hij niet verder naar deze verontrustende redding door het riool onderzocht en zelfs Jean Valjean's zwijgen op deze vraag niet opmerkte. Ook Jean Valjean scheen van een enkele gedachte vervuld.

Dit net van holen heeft echter nog altijd zijn onheugelijke bevolking van knaagdieren, die er talrijker zijn dan ooit. Nu en dan waagt een rat, een oude snorbaard, zijn kop voor het venster van het riool en beschouwt de Parijzenaars; maar zelfs dit ongedierte wordt tam, want het is tevreden met zijn onderaardsch paleis. Het riool heeft niets meer van zijn vorige afschuwelijkheid.

Het groote riool, dat niets anders is dan de oude waterleiding Menilmontant, loopt uit, wanneer men opwaarts gaat, in een slop, namelijk bij zijn voormalig aanvangspunt, dat zijn oorsprong aan den voet van den heuvel Menilmontant was.

Hij vroeg zich dat alles, doch kon er geen antwoord op geven. De ingewanden van Parijs zijn afgronden. Gelijk de profeet, bevond hij zich in den buik van het monster. Eensklaps trof hem een verrassing. Op het onverwachtst bespeurde hij onder 't voortgaan, dat de weg niet meer opliep; het water vloeide hem niet meer tegen de teenen, maar tegen de hielen. Het riool liep afwaarts.

Toen sloeg hij de beenen over elkander en leunde met den rug in den armstoel, welke houding te kennen geeft, dat men zeker is van 't geen men zegt; vervolgens ging hij tot de zaak over, ernstig en op zijn woorden drukkende: "Mijnheer de baron, den 6 Juni 1832, thans bijna een jaar geleden, op den dag van het oproer, was een man in het Groote Riool van Parijs, ter plaatse waar dat riool in de Seine uitloopt, tusschen de brug der Invaliden en de brug van Jena."

Maar men denkt aan iets anders. De tegenwoordige handelwijze sticht kwaad, terwijl ze goed wil doen. De bedoeling is goed, het resultaat is treurig. Men meent de stad te zuiveren, en verzwakt de bevolking. Een riool is een misverstand.

Een duistere, steeds werkzame aangroei; een onbekende reusachtige bouw. Men ziet dus, dat de onderaardsche doolhof van Parijs tegenwoordig meer dan tienmaal grooter is dan bij den aanvang dezer eeuw. Men kan zich moeielijk voorstellen, hoeveel volharding en moeite vereischt werden, om dat riool tot het punt van betrekkelijke volmaaktheid te brengen, waarop het thans is.

De volksverbeelding verbond aan den donkeren zinkput van Parijs iets bovennatuurlijks, dat afgrijselijk was. Het riool was grondeloos. Het was het barathrum. De gedachte om deze melaatsche oorden te onderzoeken kwam zelfs niet bij de politie op. Wie had het gewaagd dit onbekende te betreden, die duisternis te peilen, ter onderzoeking in dien afgrond te dalen? 't Was verschrikkelijk.

De gemoniën spreken van Rome. Het oude riool van Parijs was iets vreeselijks. Het was graf, en wijkplaats tevens.

Desnoods zou hij langs kronkelwegen den uitgang in de Seine bij het Arsenaal hebben kunnen bereiken; maar dan had hij heel nauwkeurig, in al zijn vertakkingen en slingeringen, het onmetelijke madrepoor van het riool moeten kennen.

Woord Van De Dag

soepe

Anderen Op Zoek