Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 25 juni 2025
Ursule bemerkte 't seffens. Vertrekt ge? Wiezeken bezoeken.... 't Is half-elf. 'k Ben gauw terug ... rijzekens hooren hoe 't is ... daar ginder.... Rik lachte meteen luidop, en Goedele kreeg een pijnlijker stoot in haar herte. Maar zij en keerde zich niet omme en ging zich aankleeden, verlangend om weg te zijn van hier, waar nievers een gezellige warmte komen wou....
Sebastiaan sprak van uitbundige verbeeldingskracht en fanatieke tijden en probeerde klaar te blijven, met eenvoudige zinnen. Maar hebben die monsters in tastbare gedaanten bestaan? vroeg Rik. Zekerlijk niet.... Ha! Hij bukte zich en rok zijnen hals uit, blazend over zijne koffie en hem trage en matelijk inslurpend. Mijnheer Devleeschhouwer beweerde dat er nievers draken bestaan hadden.
En vader zou insgelijks inniger een figuur worden in haar leven. Ze beloofde, met een zacht medelijden, dat ze hem het wonder elektrisch tuig zou aankoopen, waar hij met zoo sterk een begeerte van gesproken had. Den ouden Rik moest ze tevens genegen zijn. Ze zou hem zijn zotte grillen laten bewaren en al eens heimelijk een blinkenden knop in zijn bereik gooien.
Thit folk ånd tham fon Rome kåmpath ôlân vmb-et mâsterskip fon tha Middelsê. Forth lêvath tham fon Roma an fjandskip with tha Fonysjar, ånd hjara prestera thêr-et rik allêna welda wille wr irtha, ne mügon tha Gola navt ne sjan.
En zijn hoofd bijsde overentweer, op mate van het durend gedoe zijner handen. Hij ontbond naderhand de snoeren van het kleine zakje, bracht de keersepanne dichterbij, zoodat het vlammeken meteen wispelturig al links en al rechts wiegde, en Rik zijn ronde schaduwe op den muur, over de zoldering, tallenkante te dansen begon.
Langs de open deur, merkte ze toevallig nog Rik, die 't ivoren kistje aan 't bergen was, achter een fuchsiapot, gebarende dat het daar ievers wel mogelijk was zoek geraakt. Ze was nu niet schoon. De twee rimpels in de hoekjes van haren mond lagen heel diepe. Goedele had in den nacht hevige traanbuien, en zij en kon maar lichte insluimeren, gedurig weer wakker opschietend in bange droefenis.
En als 't dan op een mislukte dolheid uitliep, was er toch éen, die zanten kwam, een die achterwaarts stond en wachtte, en naderhand 't profijt wegdroeg; en dat was Rik. Zoo stegen allengs zijne zaken. Hij kocht een boot. Hij kocht er twee. Hij deed smokkelreisjes, bracht vreemd goed in het land, bedroog en werd welvarend. Maar thuis sloeg hem de kans tegen.
Hij schudde 't zakje leeg in zijn zijden klakke, die hij vóór zijn knieën neergelegd had. 't Waren al goudstukken, groote en kleine dooreen, en ze belden wel een oogenblik in de ruimte, maar zwegen seffens als ze dof in de klakke sleerden. En Rik zijn hoofd gloeide stilaan van ongemeene koortse, en zijne vingeren, die weer aan 't schefferen waren in dien rijkdom, bibberden van ongeduldigheid.
Ze bleef staan en hield haren asem op om geen 't minste geruchte te maken, en ze keek verwonderd toe. Rik had zijn keersepan neergezet op 't roode plankierken, nabij den schoorsteen. Hij knielde en boog zijn krommen rugge en maakte in de schouwe een planke los. Hij tastte dan in de holte, en op zijn aangezicht kwam seffens een groote blijdschap. Ze zijn er nog! mompelde hij.
Neen.... maar 't zal wel overgaan. De stove brandt geweldig. De assche ligt dood. Mag de deure niet open met een reetje? Ze stond op en werd eene knikkende slapte gewaar in hare knieën. Ze bleef een endeken in het deurgat staan. Ze zag Rik zitten op de trap, heel bleek, en staren met diepe oogen, grauw ommendomme beschaduwd.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek