Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 19 oktober 2025
Twee breede dwarsstrepen kruisten zijn gezicht: de eene, lichtrood van kleur, liep van het eene oor naar het andere en omsloot de bovenlip; de andere, wit als kalk, liep boven en evenwijdig aan de eerste, zóó dat zelfs de oogleden wit waren. De drie andere mannen waren versierd met strepen van een zwart poeder, dat uit houtskool bereid was.
Dan plotseling lag weer het land onder de schitterende zonnestralen te branden, dor en droog en als verkalkt door de hitte, neerdalend van den donkerblauwen hemel. Alles was verblindend, de grond, de boomen, de verre gebouwen. Het leek op sneeuw of op ongrijpbaar wit poeder, dat alles overdekte. De lucht zelve was er door verduisterd.
Er moet poeder zijn voor onze pruiken, daarom hebben zooveel armen geen brood." Duidelijk spreekt uit dergelijke passages de sociale grond van zijn haat tegen de "beschaving." Hij kon zich deze niet anders voorstellen, dan verbonden met klasse-bevoorrechting en maatschappelijk onrecht, daarom vervloekte hij haar. Gelijkheid was hem liever dan kultuur.
"Nu, Manzortje," zei de Kalif, "dat noem ik eerst gelukkig wezen. Hoe heerlijk toch, dat we dien marskramer boven hebben laten komen. Kom nu morgenochtend bij mij, dan gaan we met elkaar naar een plekje buiten, waar niemand ons kan zien, en snuiven van het poeder.
Toch waren èn de kooi van ijzerdraad èn de glazen stolp, die hem overdekt hadden onbeschadigd en niet van hun plaats geweest. Het was klaarblijkelijk onmogelijk dat iemand er aan geraakt had. Het was alsof er tooverij gebeurd was. Cyprianus, die zich snel voorovergebogen had, bespeurde een soort grijs poeder, dat op het kussen van blauw fluweel lag, op de plaats straks door den diamant ingenomen.
Er waren er zoo vele, dat zij elkaar bijna in den weg stonden, om den kleinen jongen te zien. En midden aan den muur hing een schilderij, een mooie dame, die er jeugdig en vroolijk uitzag, maar zoo gekleed was als in den ouden tijd, met poeder in het haar en met kleeren, die stijf uitstonden.
"O neen, tante, geen poeder!" en zij staarde met zekeren afschuw naar het donzen kwastje, dat hare tante reeds opgeheven hield. "Waarom niet?!" riep mevrouw Gerlings uit, verwonderd lachend. "O neen," herhaalde Renée onrustig, "ik weet niet goed waarom niet.
Dit is ledigheid en dood, en één oogopslag is voldoende, om 't gruwelijk drama voor den geest weer op te roepen, dat hier is afgespeeld, en de enkele seconden te doen herleven, waarin titanische krachten tijd hebben gevonden om een geheele stad tot poeder te verkruimelen en hare acht-en-twintig duizend inwoners te dooden.
De processie ging uit de kerk, in prachtige orde, met fladderende banieren en wapperende wimpels. Mannen en vrouwlieden sloegen een kruis als zij voorbijging. En de zonne was heet. De deken werd 't eerst het poeder gewaar en krabde een weinig achter zijn oor.
"Graag", zei de Kalif, "ik wil toch eens moeite doen om te weten te komen, wat er op dat papier staat en wat men met dat poeder kan doen. Wie weet, of dat niet ook op het papier te lezen is." De marskramer ging heen, en de Kalif en de grootvizier bleven alleen, met de hoofden bij elkaar over het papier, gebukt. Van pure nieuwsgierigheid vergaten ze hunne prachtige pistolen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek