United States or Bahamas ? Vote for the TOP Country of the Week !


Toen zij met langzame schreden de koningin waren gevolgd, begaven zij zich naar een boschje niet ver van het verblijf en toen zij daar in waren geloopen, zagen zij de dieren zooals geiten, herten en anderen beveiligd tegen jagers door de heerschende pestziekte hen afwachten, zonder vrees, alsof zij bevriend met hen waren geworden.

Vondel, Gysbrecht van Aemstel. Mendoza had, min door beleid of dapperheid, dan door de medewerking der pestziekte, die de bezetting wegrukte, en der vlam, die het buskruit der Staatschen springen deed, de stad Rijnberk in zijn macht gekregen, en kort daarna Wezel, Rees en Emmerik bezet.

Immers, waar van den opstand onzer voorvaderen tegen Spanje gesproken of geschreven wordt, daar vergeet men niet, melding te maken van de standvastigheid, waarmede de Leidsche burgers, maanden achtereen, niet alleen tegen den vijand, maar ook, wat nog bezwaarlijker was, tegen hongersnood, pestziekte, gebrek, verraad, verleiding en tweespalt kampten.

De heer Westerling o.a. schrijft ook hierover en vermeldt: Arn. van Bevergerne daarentegen zegt uitdrukkelijk, dat de Joden dood geslagen werden, omdat men hun de schuld gaf van de verschrikkelijke pestziekte de Zwarte Dood, die reeds een paar jaren Europa teisterde en toen deze streken bereikte."

Deze dieren waren zoo menigvuldig, dat zij zelfs in de vertrekken op de divans opgerold lagen, even alsof zij de eigenlijke bewoners waren. Die streek is zeer ongezond en onder de bewoners woedt maar al te vaak de moordende pestziekte.

De kolonel was voor hem een bandiet, en hij was voor den kolonel een zotskap. Gillenormand sprak nooit van den kolonel dan om met "zijn baronie" te spotten. Men was nadrukkelijk overeengekomen, dat Pontmercy nooit zou pogen om zijn zoon te zien of te spreken, op straffe dat deze dan weggejaagd en onterfd teruggezonden zou worden. Voor de Gillenormands was Pontmercy een pestziekte.

Ik zeg dus, dat de jaren sinds de Onbevlekte Ontvangenis van Gods Zoon al gestegen waren tot het getal dertienhonderd achtenveertig, toen in de zeer goede stad Florence, schooner dan elke andere Italiaansche, de moorddadige pestziekte uitbrak, welke door den invloed der hemellichamen of voor onze zondige daden door Gods gerechten toorn onder de stervelingen gezonden, eenige jaren te voren in het Oosten ontstond, een ontelbaar aantal levenden wegrukte en zonder oponthoud van de eene plaats naar de andere voortgaande, zich op allertreurigste wijze naar het Westen heeft verbreid.

Daar de bisschop en de maarschalk veel met elkaar omgingen, zagen zij op Sint Johannes naast elkaar rijdend de donna's loopen langs den weg, waar wedloopen werden gehouden, en bemerkte de bisschop een jong meisje, dat de tegenwoordige pestziekte ons ontnomen heeft en dat monna Nonna de'Pulci heette, een nicht van messer Messer Rinucci en dat gij alle moet gekend hebben.

In de veertiende eeuw werd Friesland acht malen gedeeltelijk overstroomd, en wel ten jare 1313, in welke de beroemde Wijbo Sjoerds van Grovestins, voornaam hoofd der Vetkoopers, het leven liet, en op welke overstrooming weder eene pestziekte zoude gevolgd zijn: voorts in 1334, 1336, 1361, 1377, 1380, 1387 en in 1400, de Friesche vloed genaamd, welke van belang is geweest voor de opkomst van Amsterdam, door het aanmerkelijk verwijden van het Marsdiep, het zeegat tusschen Texel en den Helder.

In 't begin van dit voorjaar strande aan Ameland een Walvis: ook schryft men, dat 'er op dit zelve Eiland mede in dit jaar vorsschen zyn geregent. In den jaare 1635 was 'er te Groningen een zwaare pestziekte, waar door over de 100 menschen in een week stierven.