United States or Kuwait ? Vote for the TOP Country of the Week !


Gessner, wiens werk over natuurlijke geschiedenis in 1557 verscheen, was zeer goed met den Pauw bekend en gaf een uitvoerige beschrijving van dit dier. De meest in 't oog loopende karaktertrek van den Pauw is trotschheid en ijdelheid; hij toont deze eigenschappen niet slechts in het verkeer met zijn wijfje, maar ook jegens den mensch. Hij is echter bovendien vervuld van eigenwaan en heerschzucht.

Hij gelastte mij te vernemen, wat er gaande was: en daar ik hoorde, dat het gerucht hier vandaan kwam, ging ik even met den neus aan 't venster en zag Seerp Van Adeelen, die als een pauw heenstapte, en den Ridder, die met u sprak, en toen zei ik het den Olderman en vroeg of ik de Jonkvrouw roepen zou, gelijk gij mij bevolen hadt te doen, als hij wakker werd.

Nog twee andere prachtschotels verdienen vermelding: een gebraden speenvarkentje, aan de eene zijde verguld en aan de andere verzilverd, en een gebraden pauw in zijn vollen vederdos.

De kleine jongen liet er zich maar al te graag voor vinden, zoo'n ijdeltuit! Zijn moeder knorde er over, maar het kwaad was geschied zoo trotsch als een pauw liep hij rond, als hij zijn mooie pakje aan had. Vandaag haalde de kindermeid 't ook voor den dag, tot groot plezier van Blondkopje. Hij had er al één arm in, toen zijn groote zus binnenkwam.

Hij ging buiten, opende duiven-en hoenderkoten en strooide handsvollen kempzaad, spaansche terwe, rijst, vitsel, haver en koren. En 't was ineens een geharrewar, gekakel en geslaag van vleugelen. Er waren zwalpers, smieren, hennen, hanen, ganzen, kalkoenen en een overschoone pauw.

MAERLANT'S werk is in zijn geheel te vinden in de uitgave van NAPOLEON DE PAUW. Vgl. VERDAM'S Episodes, vs. 6666-6711 met Roman de Troie, vs. 16179-16181. Vgl. Episoden, vs. 508 vlgg.; dialoog, waar BENO

Als een echt Hoen ontleent de Pauw zijn voedsel zoowel aan het dieren- als aan het plantenrijk. Hij eet alles wat ons Huishoen gebruikt, maar is wegens zijne grootte en lichaamskracht in staat ook sterkere dieren te overweldigen, o. a. Slangen van tamelijke lengte, die door hem gedeeltelijk opgegeten, althans gedood worden.

N.T. en L., XII, 241 vlgg.; no. 5 uitg. STOETT in: Klassiek Lett. Pantheon. Ik bediende mij voor no. 1 van de uitgave door MATTHES in Taal- en Letterbode, VI, 241 vlgg.; no. 2: Madelghijs' Kintsheit ed. N. DE PAUW; nieuwe fragmenten in Tijdschr. v. N.T. en L., XV en XX en Romania, 1897; no. 3-4 in Mnl. Ep. De Couchi is uitgeg. door DE VRIES in: Tijdschr. v. N.T. en L., VII, 97-250.

De duiven vlogen in klapperende kladden de fijne morgenvelden in en de pauw wandelde met voorzichtige pooten fier in de weggeskes van den riekenden hof en ontvouwde als een nooitgedroomde koleurenweelde zijn breeden staart uiteen.

Ik bemerkte dadelijk, dat hij koorts had. Twee zijner intiemsten zaten voor zijn ledikant om hem wat op te beuren, en raadpleegden hem als scheidsman over een al of niet op te spelen kaart in een partij hombre, die dien namiddag in "de Pauw" gespeeld was, waardoor zij hem noodzaakten zich in verbeelding zevenentwintig kaarten in allerlei samenvoeging voor te stellen; gewisselijk een aangename tijdpasseering voor een zieke, maar uit haren aard toch wel wat vermoeiend.