Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 16 juni 2025


Levendig als bij Ovidius wordt de twijfel der prinses beschreven, of zij die geschenken durft zenden of niet, en haar ongeduld om 't resultaat te horen. Eliduc neemt alles aan, maar zegt »niets zonder dank" en biedt de boodschapper geld; zo weet de Prinses nog niet wat zij geloven moet.

En, nu men eens dit gebouw aan zijne oorspronkelijke bestemming had onttrokken, begreep men, op dien fraaien weg te moeten voortgaan, en had er eene reeks van herscheppingen plaats, aanzienlijk genoeg om een dubbeltal aan die, welke Ovidius bezongen heeft, toe te voegen.

Meer dan één groot dichter schijnt om zoo te zeggen in deze geheele massa opgelost voorhanden, even als de parel in den beker van Cleopatra. En toch is nooit, noch een Shakespeare, noch een Goethe, noch een Tibullus of een Ovidius bij hen uit die massa geconcentreerd en nedergeslagen geworden.

Het is onmogelijk, dat het er bij de eens door Ovidius beklaagde onderdanen van Decebalus, erger uitgezien kan hebben, en men mag het eens zijn met het gezegde van den Moldavischen Vorst Kantemir, die zijne boersche landlieden "de ellendigste dorpbewoners onder de zon" genoemd heeft.

Van zijn hand heeft men kleine epigrammen om onder een portret te zetten of in een exemplaar van Ovidius, gelegenheidsgedichten op een roos of een gebroken grift, groeten op rijm en uitnodigingen of antwoorden daarop.

Bij die »dergelijke dingen" denkt zij waarschijnlik aan zo iets als de Roman van Aeneas, er zijn allerlei reminiscenties in haar lais juist aan die roman te vinden, evenals aan Ovidius. Een zekere kennis van de Provençaalse erotiese poëzie der troubadours schijnt zij al vroeg gehad te hebben.

Zulke regelen voor de koketterie vatten de dames vromelik op als een uitdrukking van de fijnste, meest echte vrouwelikheid. De minnekunst van Ovidius was nog meer geraffineerd en gesubtiliseerd geworden in de erotiese literatuur van de uitloopers der antieken.

Er waren er twee: macellum Liviae op den Esquilijnschen, macellum magnum op den Caelischen berg. Ook in Pompeii heeft men een macellum opgegraven, waarvan de afbeelding op pg. 382 een voorstelling geeft. Macer, naam van twee rom. dichters. Zie verder Licinii no. 6. Verder maakt Ovidius nog melding van een vriend Macer, vervaardiger van epische gedichten.

Hij was zeer netjes gekleed en droeg een korte zwarte broek, waaruit zijden kousen te voorschijn kwamen; toen hij het doodelijk schot ontving was hij in een van de werken van Ovidius lezende, welk boek ik hem nog uit de handen moest nemen.

De dichter was een zeer belezen man, die de klassieke Latijnsche schrijvers goed en OVIDIUS op zijn duimpje kende; onder het schrijven zijner verzen stonden hem telkens plaatsen uit zijne lievelingsauteurs voor den geest, maar nergens maakt hij zich aan slaafsche navolging schuldig.

Woord Van De Dag

verheerlijking

Anderen Op Zoek