United States or Brazil ? Vote for the TOP Country of the Week !


Was hij vijftien of telde hij zestig jaren? Dit was onmogelijk uit te maken. Duidden zijne tanden, zijn blik, zijn gitzwarte haren op eene prille jeugd, van een anderen kant wezen de rimpels op zijn voorhoofd, zijne wangen, zijne mondhoeken op een reeds gevorderden leeftijd. Hij was klein van stuk, slank en van uitzicht vlug, evenwel met de oudachtige bewegingen van eene bejaarde vrouw.

'Dit was een deftig heer, zeide hij toen vroolijk, 'je had hem moeten zien, zoo rijk, zoo voornaam en zoo ingebeeld. Zijn opgeblazenheid heeft hij gehouden. Zoo ging het voort. Er waren ook magere, uitgeteerde gestalten met wit haar, dat blauw glinsterde in het zwakke licht, en kleine kinderen met groote hoofden en oudachtige denkersgezichten.

Toen zeide ik dat de oudachtige heer de jonge mensch was, waarvan ik gesproken had; dat waart gij. Toen sprong dat aardige kleine jongske tegen haar op en zeide: Tante, dat is die menheer, waarvan gij altijd zegt, dat hij er uitziet als een regelbroodje, dat in koffie met veel melk gesopt is." Toen werd zij vuurrood en ik moest luidkeels lachen en zeide, jawel, dat gij dat waart.

Onze held en de matrozen begonnen aan het ontbijt en daar de gevangenen geen trek in eten schenen te hebben, werd hun portie ook maar verorberd. De oudachtige heer vroeg intusschen aan Jack of hij Fransch kon spreken. Met een mond vol worst antwoordde Jack dat hij die taal verstond en nu begon een onderhoud, waaruit hij het volgende te weten kwam: De oudachtige heer was op reis naar Tarragona.

Hoe het zij, hare tranen vloeiden, en indien die uitdrukking van eene corpulente, oudachtige jonkvrouw gebruikt kan worden, zou ik haast zeggen, daar stond zij als "een geknakt riet."

Er werden een paar flesschen gebracht door een oudachtige burgervrouw met grijzig flodderhaar en een gelig wreed-strak gezicht, en de kurken knalden dof; veel glazen werden ingeschonken. Ook voor hem zag hij een glas staan ergens ver-weg, op een tafeltje. Gauw daarna zag hij Edward weggaan met die meid en zij keek nog even om naar een van de anderen en grijnsde met bestiale vergenoegdheid.

De wijze, waarop zij het middeleeuwsche denken was binnengekomen: als litteraire aflegger van de late Oudheid in de allegorische producten van Martianus Capella en Prudentius, verhoogde het schoolsche en oudachtige karakter. En toch meene men niet, dat het de middeleeuwsche allegorie en personificatie aan echtheid en leven ontbrak.

Voor zeven en een halve penny per week kan men een kind flink zijn genoegen geven; men kan een massa voedsel koopen voor zeven en een halve penny ruim genoeg om zijn maagje te overladen en het kind ziek te maken. De oudachtige vrouw was een mensch van overleg en van ondervinding; zij wist wat goed was voor kinderen en zij bezat het juiste begrip van wat goed was voor haarzelf.