Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !


Hier wordt het gelaat van Kwannon voorgesteld als "lachend met eeuwigdurende jeugd en oneindige teederheid", en in haar schitterend uiterlijk wordt het ideaal van het goddelijk vrouwelijke voorgesteld met een onbegrensde schoonheid van opvatting. In de tiara van Jiu-ichi-men-Kwannon zijn heerlijke koppen, als het ware een straling van kleine Kwannons.

In de haven van Pillau wordt iedere eeuw eene massa van één millioen cubieke meters van die oneindige kleine wezens afgezet. Nauwelijks komen die gesteenten boven water, of andere sporeplanten maken zich er van meester: gewoonlijk zijn het korstmossen. Aan de rotsen vastgehecht, ontleden zij zelfs de hardste gesteenten.

Zijn golvende lokken, door het zonlicht beschenen, vormden een gouden stralenkrans om het edelgevormde hoofd. De juichende schare achter hem strekte zich tot in het oneindige uit. Niemand behoefde den melaatschen te zeggen, dat dit de Nazarener, de wonderdoener was. Tirza, daar is hij! Daar is hij! Kom, mijn kind! riep de moeder, en knielde naast de rots op den weg neder.

Er zaten wat reizigers te lezen, kreukend sloeg blad om na blad, dan legden de menschen zich achterover in de stoelen en spraken naar elkaâr, wankele woorden in het buiten windezingen van de zee. En boven met rug en ellebogen stevig vastgedrukt in de staaf der verschansing en de voeten schrijlings gekant op het plankier van den boeg, had hij heel lang voor zich uitgestaard in het oneindige zwart.

Het loutere verhaal boeit slechts kinderen; de geschiedenis van iemands worstelingen zonder meer houdt ons eenige uren bezig; maar wat in het Faust-gedicht een eeuw lang de lezende en denkende menschheid geboeid en verwonderd heeft, is de aanschouwing van haar eigen streven en haar eigen levensdrang in dichterlijk beeld. Zoo is de oneindige drang het wezen ook onzer menschlijkheid.

Het zich bevinden der stelling van het eeuwige, onveranderlijke en oneindige binnen de hierdoor nimmer derzelver aanhangers geheel bevredigende godsdienstbegrippen, heeft gemaakt, dat de vermogensvergelijking der goden slechts tot zekeren graad mogelijk werd.

Tenslotte: Indien men zich voorstelt dat uit een punt A van een of andere oneindige grootheid twee lijnen, AB en AC, waarbij B en C aanvankelijk op meetbaren afstand van elkaar liggen, tot in het oneindige verlengd worden, zoo is het zeker dat de afstand tusschen B en C steeds zal toenemen en eindelijk van bepaald onmeetbaar zal worden.

Deze, verlengde zich tot in het oneindige en in plaats van langs den straal der aarde voort te gaan, zoo als hij het noemde, ging hij langs de schuine zijde. Maar wij hadden geene keus, en zoo lang wij, al was het ook nog zoo weinig, het middelpunt naderden, hadden wij geen recht om te klagen.

De levenden zien het oneindige, het onbepaalde; het bepaalde vertoont zich slechts aan de dooden. Bemint en lijdt, hoopt en aanschouwt inmiddels. Wee hem, die slechts lichamen, vormen, den schijn heeft bemind! De dood zal hem alles ontnemen. Tracht zielen te beminnen, ge zult ze wedervinden. Ik heb op de straat een zeer arm jongeling ontmoet, die beminde.

Het had veel leed gebracht op aarde, maar dat leed was geleden en vergeten. De kustlanden van Straat Soenda waren weder bewoond zooals vroeger. De tropische natuur met hare oneindige vruchtbaarheid had de zege behaald over de alles verwoestende vulkanische krachten.