Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 29 mei 2025


Tot ze, dan boven, Goedele's kamerdeur hoorde sluiten, zat mevrouw Wilder onbeweeglijk vóor zich uit te kijken, zonder zien. De zoetigheid, die zij om haren mond geleid had, viel meteen en haar bloed sprong in een machtige geute naar heur slapen. Ze hief haar vuist omhooge en liet ze met een forsig gezwaai neerploffen op het tafelberd.

Ze was bang omdat zijne blikken zoo hopeloos werden, en ze werd niet seffens gewaar hoe onredelijk zijn doeninge was: ze bekommerde zich om hem. Hij zuchtte zwaar en slokte eens om zijn kele nat te krijgen. Niet?... Ze hoorden, binnen in den winkel, een paar vrouwen hun keuze doen, en heel omhooge, tenden de zoldertrap, een vroolijk liedeken van Mariëtte. Ah!

Geheel zijn glad, vierkantig aangezicht lijnde omlage naar 't puntje van zijnen neus, en zijn tonge sleerde tweemaal overentweer langs zijne droge lippen. Omdat Ursule zijn gezegde met ruste liet, hief hij met een schokje zijn hoofd omhooge en zijn mond viel open in een hatelijken grijns: Wat een woord niet taken wil, taakt de zweepe! Ursule zei: Vader, ge moet zachte zijn....

Hij keek dan strak en hard in hare oogen, speurde er de vergeefs bedwongen aandoening, en zijne hand grabbelde met een reik naar heure hand. Goedele! Ze blikten altegelijk op naar hem. Zijne wenkbrauwen schoven angstig omhooge, alsof hem iets heel wreeds trof, iets dat niet te gelooven was en zich zonder waarschuwing had vastgeankerd in zijne hersenen.

De nacht was teenemaal aanwezig, en rijzekens haperde nog een schuchtere blauwigheid langs de ruiten van het venster. Goedele stak dan het gaslicht aan, en de vlamme sprong laaierig omhooge, waarachtig de stilte brekend, die lastig in de kamer was gedrongen. De villa werd aangekocht, opgeschikt en seffens bewoond.

't En regent niet, maar 't zeevert ... van die fijngezichte , natte schiervatbaarheid, die stof gelijkt, en wolke en wulle en watte. 't Is aschgrauw al, beneên, omhooge, in 't veld en langs de lanen: de boomen, die 'k nog nauwlijks zien kan, weenen dikke tranen. 2 Fijngezift.

Het wijveken schokte eerst omhooge en seffens daarna joepte ook het manneken los. De beiaard tikkelde met zijn luttel gespeel van bellen, en de stijve dans begon. Hoe schoone! Hoe ... schoone!... zuchtte Goedele. Ze zat in de halve donkerte, achter Albien, en ze beloerde hem. Haar gemoed kwam vol en ze zou weer stille aan het weenen vallen, aldoor kijkend naar haar vader.

Maar ze liet plots de leuning los en vluchtte tusschen de veilige muren der huizen, nu snikkend en stotterend: 'k En mag niet! 'k En mag niet! Hare tranen rolden onophoudend over haar gelaat, en haar borste schokte zeerdoende omhooge. Ze zag niets meer. Ze hoorde niets meer. Ze wilde zich alle oogenblikken laten neervallen.

't Leeft alles langzaam uit, dat verwe is: henen dalen de laatste en langste van de lieve zonnestralen; 't wordt watergroene, omhooge; omleege, brandt en broeit de groote zonne nog, die zinkt en grooter groeit.

Wel Heere! wat een zonderlinge reiziger, riep ze. Ze begon wrevelig en luidruchtig te lachen en smeet haast een kopje koffie omverre, dat Marie haar even voorgezet had. Ze schetterde, bevend en schokkend, voort en hare oogen kwamen vol tranen. Dan hief Rik zijnen witten kop omhooge. Hebben die monsters indertijd bestaan?

Woord Van De Dag

kiest

Anderen Op Zoek