United States or El Salvador ? Vote for the TOP Country of the Week !


Zulk een gemeenschap nu, op wet en de macht om zich te handhaven gegrond, noemt men een Staat, en hen die door haar recht worden beschermd "staatsburgers", waaruit wij gemakkelijk kunnen inzien dat er in den natuurtoestand niets is dat naar aller oordeel goed of kwaad is, aangezien een ieder die in den natuurtoestand verkeert, alleen met zijn eigen belang te rade gaat en naar eigen inzicht en voorzoover het ten opzichte van zijn eigen belang zin heeft, uitmaakt wat goed of kwaad is en door geen enkele wet gehouden is iemand anders dan zichzelf alleen te gehoorzamen.

Vrij moge, moeder, uw leven in rust, in eene geslotenheid liggen, die er eene soort van plantaardig of dierlijk bestaan aan geven, deze natuurtoestand is een onafgewerkte, een onvolkomene, en indien gij al niet, dan zal de dochter zich aan dien toestand ontrukken, wellicht met al het geweld, dat uit de noodzakelijkheid van deze ontwikkeling voortvloeit.

In een natuurtoestand heeft, volgens Grotius, eenieder die niet dezelfde misdaad op zijn geweten heeft, het recht een misdadiger te straffen. Bij het vormen van een staatsgemeenschap, is men echter overeengekomen, dat voortaan de staat of de regeering de misdrijven der burgers tegen het openbaar welzijn zou straffen.

De tijdelijke verbetering, die Grotius bracht, weegt niet op tegen de veel grootere onheilen, de valsche leeringen, voor welke hij de baan opende, met zijn naturalistische moraal en individualistische rechtsleer. Met den natuurtoestand tot uitgangspunt te nemen van recht en zedelijkheid leidde Grotius de moraal en de rechtswetenschappen in een zeer verkeerd spoor.

Hetgeen zeggen wil dat er in den natuurtoestand niets gebeurt, dat recht of onrecht genoemd kan worden, wel echter in den burgerlijken staat, waar met algemeene toestemming wordt uitgemaakt wat van deze en wat van gene is. Waaruit blijkt, dat recht en onrecht, zonde en verdienste, begrippen van buiten af zijn, doch geen eigenschappen welke het wezen van den Geest uitdrukken. Doch hierover genoeg.

De verdrukking echter, die wij misschien te dragen hebben, omdat wij aan God en aan de natuur gehoorzamen en niet aan de menschen, moeten wij liever verduren, dan ons verweren. Want, is in een natuurtoestand eenieder bevoegd tot noodweer, bij de intrede in de maatschappij heeft dat recht opgehouden te bestaan; de staat immers zou onmogelijk zijn, zoo dit aangeboren recht bleef voortduren.

Gelijk die vrouw, was eens de natuurtoestand des menschen, met een streven, dat maar weinig verder ging dan dat van planten en dieren. Kon de mensch zoo blijven? Daar ontwikkelde zich met den grond, dien ik betrad, de geschiedenis der menschheid. De kinderlijke volken zijn geheel in de natuur verzonken, één er mede; zij denken haar niet tegenover zich als voorwerp van waarneming.

In den natuurtoestand is dus ook geen zonde denkbaar, wel echter in den burgerlijken staat, waar door gemeenschappelijk besluit wordt vastgesteld wat goed en kwaad is en ieder gehouden is den staat te gehoorzamen.

Aan zichzelve overgelaten, in haren oorspronkelijken natuurtoestand, zou haar eierproduktie zeker op veel bescheidener schaal gebeuren. Maar de werkbijen hebben haar merkwaardigen bouw en geestelijke gesteldheid bijna uitsluitend aan de tusschenkomst der broedbijen te danken, van het oogenblik af, dat het eitje is uitgebroed.

Uit dat alles volgt, dat in een natuurtoestand, d.i. voor dat er eene menschelijke of goddelijke daad gesteld is, iemand slechts datgene rechtens toekomt, wat hij om en aan heeft. In het werkelijke leven komt hierin echter verandering; door een vrijwillige daad kunnen, en zijn ook rechten overgedragen.