Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 21 juli 2025
Daar golfden korenakkers, daar somberden bosschen, daar strekten zich dreven uit tot ver in 't land; daar waren intieme hoekjes, die steeds zonnelachten, daar stonden huisjes en boerderijtjes als geschilderd: roze, gele, groene, met pittoreske stroodaken en blinkende ruitjes; en er lagen twee kleine dorpen aan den rand: Meylegem-Noord en Meylegem-Zuid, elk met een ouderwetsch kerktorentje, het eene grijs, het ander wit, die wijd over de boomen, de landouwen en de weiden heen, als 't ware reikhalzend en een beetje naijverig, van verre naar elkaar stonden te kijken.
En misschien eindelijk ook wel om iets dat ik mij zelf toen nog niet kon bewust zijn en dat zich eerst later openbaren zou. Hoe dan ook, Meylegem-Zuid was mij het dierbaarst en een tocht in de richting van Meylegem-Noord was voor mij meestal een aanloop om verder tot aan Meylegem-Zuid te geraken.
Zij was het levende beeld-zelf der schoonheid van de gansche schoone streek; haar onverwacht verschijnen, de eerste maal toen ik daar aanlandde, was voor mij geweest gelijk een openbaring; haar wezen glansde als 't ware over 't dorpje en de gansche streek en toen ik haar gezien had begreep ik diep en duidelijk waarom Meylegem-Zuid mij zooveel liever was dan Meylegem-Noord en hoe ook het heele landschap met al zijn mooie, intieme, pittoreske poëzie alleen maar scheen te bestaan omdat Meylegem-Zuid bestond en omdat op Meylegem-Zuid Tieldeken woonde.
Af en toe bleef ik plotseling staan. Dan rees opeens, als een spook, het beeld van het verleden vóór mij op. Wat! Zou ik werkelijk den moed hebben mij voor altijd in het vreemde land te vestigen? Zou ik nooit meer in 't lieve Vlaanderen gaan leven? Zou ik nooit meer de bekoorlijke dorpjes Meylegem-Noord en Meylegem-Zuid, en de mooie, kronkelende Leie en Tieldeken, en de freule van 't kasteel, en mijn oude vrienden: de Groote Dichter, de Groote Schilder en zelfs de eenmaal diep-gehate Groote Musicus terugzien! Het suisde en woelde pijnlijk in mijn overspannen hoofd; ik voelde mijn ziedende hersenpan als een soort gistkuip waarin, onder mysterieuze en folterende werking, mijn toekomst werd gebrouwen. Maar wie weet? Misschien zou zij zelve wel in Vlaanderen willen komen leven? Als ik d
Jonge knapen beweerden van ja, en dat zij hem gezien hadden, de week te voren, bij Meylegem-Noord en dat hij wonderbaarlijk reed, zoo, met zijn eene been in de lucht en zijn eene hand tegen het ijs. Hij sprong over drie mannen en vier stoelen; hij reed zóó snel, dat geen renpaard hem zou kunnen inhalen; hij vloog als 't ware over 't ijs.
Meylegem-Noord en Meylegem-Zuid, de breede overstroomde weiden, de poëtische witte kerktorentjes, de pittorekse boerderijtjes, het lijnrecht kanaal, de lieve, kronkelende Leie, en 't mooie Tieldeken, en de schoone freule, en de vrienden uit de stad, alles wazigde en smolt weg, alles verdween alsof 't niet meer bestond en wellicht nooit bestaan had.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek